Op de hoek van de Laing’s Nekstraat en de Transvaalstraat zat een winkel van De Samenwerking (de Coöperatie). Dat was een winkel, je had er meer van in Amsterdam, die was voortgekomen uit de Sociaal Democratische Arbeiders Partij (SDAP). Tegenover De Samenwerking zat een bakkerij. Dan had je ook nog een groentezaak. Je had in de Laing’s Nekstraat ook een karrenloods en Proper de melkboer.
In de Schalk Burgerstraat zat aan de oneven kant een kruidenier. Na de oorlog kwam daar de SPAR. De kruidenierswinkel was van Van Hilten (die zat op nummer 3). Albert R. van Hilten was zijn volledige naam. Mijnheer Van Hilten was een aardige man. Ik heb daar nog wel eens geholpen met het plakken van (distributie) bonnen. Winkeliers moesten de distributiebonnen zie ze van hun klanten innamen, opplakken op grote vellen. Met de vellen opgeplakte bonnen moest de winkelier naar het distributiekantoor. Daar werd dan gecontroleerd of alles goed en eerlijk was verlopen.
Voor mijn hulp kreeg ik meestal wel iets kleins toegestopt.
Naast Van Hilten had je een melkerij, vervolgens een kaasboer en de bakkerij van Gerardus van der Meer. Op nummer 7 zat de groentewinkel van Linning. Mijnheer en mevrouw Linning woonden niet direct boven de winkel, maar op nummer 5 drie hoog, het was een kinderloos echtpaar. Dat winkeltje van Linning was echt een buurtwinkeltje. Zij kenden iedereen en wisten van alles over hun klanten. De klanten kenden elkaar en vertelden, als ze in de winkel bij elkaar stonden te wachten, hun belevenissen. Iedereen kende de familieverhalen en problemen.
Hetzelfde gold overigens voor de winkel van Van Hilten. Je kon daar zelfs een half ons roomboter kopen. Dat kwam uit de grote ton en ging in een vetvrij papiertje. Suiker kreeg je in een papieren puntzak, dat ging per ons.