Pinksteren
In mijn herinnering was het met Pinksteren altijd mooi weer. Dat was natuurlijk niet echt zo, maar zo wil ik het me graag herinneren.
Heel vroeg in de ochtend, het was nog bijna donker, hoorde ik in bed al het kikkerconcert uit de slootjes bij het zwarte weggetje. Het zwarte weggetje, dat begon aan het eind van onze straat, heette zo, omdat het was bestrooid met kolengruis. Binnen de kortste keren waren je voeten pikzwart, zeker als je sandalen droeg.
Aan beide kanten van het pad waren volkstuintjes en vooral 's morgens vroeg was het vogelgezang daar niet van de lucht.
Kennis hadden we niet op dat gebied, je nam alles zoals het was en, net als in het lied van later, was geluk toen heel gewoon.
Het zwarte weggetje was voor ons de kortste route naar het Vijfcentenbad, daar kon je dan gelijk je zwarte voeten weer schoonzwemmen.
Maar daar gingen we zo vroeg nog niet naartoe. We gingen naar de sloot, waar we met wat geluk een dikke groene kikker op zijn waterlelieblad zagen zitten. Wat een blaaskaak was dat! Hij kwaakte om het hardst om vrouwtjes te lokken, maar pas op, als de reiger in de buurt kwam dook hij onder en met zijn lange achterpoten maakte hij snel en keurig de 'intrekken-wijd-sluit' beweging die wij in het zwembad leerden. Zou het een betoverde prins zijn?
Mijn broertjes vingen kikkervisjes in een glazen pot. Die stonden dan een paar dagen op het dressoir tot mijn moeder er genoeg van had, dan moesten ze terug.
Met Pinksteren, waarvan de Bijbelse gedachte ons volledig ontging, klommen wij over het hek van het 'Jodenmanussie', de joodse begraafplaats met de oude, verweerde grafstenen. Later moest dat gedeelte van het kerkhof plaatsmaken voor de toegang naar de nieuwe bruggen naar Noord.
Het was daar 'verboden toegang'. Op een dammetje over de sloot stond een hek met scherpe punten en aan de zijkanten prikkeldraad.
Met veel moeite en soms een scheur in je zondagse jurk kwam je er toch en dan plukten we armen vol Pinksterbloemen die we thuis in vazen zetten.
Met de bloemen was mijn moeder wel blij, maar niet met de scheur in mijn jurk, kreeg ik toch weer straf...
Anneke Koehof © Pinksteren 2017