Het moet vlak na de oorlog zijn geweest dat ik kolen ging zoeken. Ik ging daarvoor helemaal naar de Zuidergasfabriek. Het was geen pikken, die kolen lagen op een berg even buiten de pont of het hek. Die Zuidergasfabriek lag nog een heel eind van ons huis in de Danie Theronstraat.
Vanuit onze straat ging ik lopend naar de Amstel en dan over de Berlagebrug. Eenmaal over de brug ging ik naar links en liep dan in de richting van het Kabouterhuis.
Dat huis is opgericht in 1945, voor meer informatie én heel veel beelden: ’t Kabouterhuis. ’t Kabouterhuis bestaat overigens nog steeds en is in 2013 geheel vernieuwd (aanv. Frits).
Nu weet ik niet meer precies of het kort voor of kort na dat Kabouterhuis was, waar een pontje aanmeerde. Dat pontje, ook wel het gaspontje genoemd, ging naar de Korte Ouderkerkerdijk waar de Zuidergasfabriek stond.
In die berg met kolen, afval eigenlijk, zaten nog allemaal goed te gebruiken kolen tussen. Die zocht ik er tussen uit en nam die in een zakkie mee naar huis, voor mijn moeder. Daar was ik best trots op dat ik met een zak kolen thuis kwam. Ik zal een jaar of zes, zeven zijn geweest. Veel ouder zal ik echt niet zijn geweest.
In die tijd zo kort na de oorlog, kon mijn moeder dat goed gebruiken.
-------------------------------------------------
Dit is verhaal nr. 21 uit een serie van 34 verhalen verteld door Jaap Meents.
Voor verhaal nr. 22 ga naar Hoe ik op de Dappermarkt ben gekomen
Wilt u een overzicht van al zijn verhalen klik dan linksboven op de naam van de verteller Jaap Meents.