In de bittere oorlogswinter van 1944-‘45 gingen op een koude middag vlak voor Kerst alle bomen op de Radioweg voor de bijl! Maar een echte bijl kwam er niet aan te pas, wel alle mogelijke soorten zagen. Hoe het begon is niet meer te achterhalen, maar binnen een kwartier werd elke boom “veroverd" door een door kou gedreven bewoner. Ik zag het gebeuren vanachter de voorkamerruit van Radioweg 13, op het hoekje waar in het plantsoen een aantal zéér hoge populieren groeiden. Ik rende naar de keuken, pakte een minuscuul klein handzaagje en holde naar de doorgang midden in het plantsoen. Ik zette de zaag in de laatste boom en begon als een gek te zagen. Het zou onbegonnen werk geweest zijn als niet een opgeschoten jongen met een lange trekzaag onder de arm naar me toe was gekomen en had voorgesteld de boom te delen. Natuurlijk ging ik op dat geweldige aanbod in. Zittend op de grond, ieder aan een kant van de boom, kregen we in korte tijd de kanjer omver. We zaagden hem in handelbare stukken en sleepten die naar huis. Hoe die knul met zijn gedeelte van de boom is thuisgekomen is me een raadsel. Toen het avond werd, was er geen boom meer te zien, zelfs geen achtergebleven stomp. Met een vriend, die ook over een trekzaag beschikte, hebben we later de stukken klein gekregen en gekloofd tot kachelhout.
Die zelfde dag was ik onder het huis van de benedenburen gekropen en vond afvalhout, nog van de bouw, en veel kolengruis. De vorige bewoner van het huis had via een gat in de vloer het gruis uit zijn kolenkist weggewerkt! Ik zeefde alles en hield uiteindelijk twee zakken echte nootjes 3 over! “Wat een gelukkige dag — wat een zegen" zeiden we!
"En dat is mijn boom!"
Toen het avond werd was er geen boom meer te zien.
2021 keer bekeken