Door vele verhuizingen in zijn jeugd heeft Henk de Bok "wel vijftien lagere scholen gehad". Ondanks die hectiek, bezit Henk de gelijkmatigheid van een secondewijzer. Dat komt hem goed van pas bij zijn handel: horloges verkopen op de Dapperbuurtmarkt. De zaken gaan redelijk goed, met de collega’s kun je geinen en "in de zomer is het altijd. Leuk. Mijn liefje, wat wil je nog meer?"
Niet, in ieder geval, de twee mensensoorten die bij Henks gelijkmatigheid op de proef stellen: Mensensoort één bestaat uit dagjesmensen uit de provincie. Henk: "Ze gaan heel wild met je spullen om. Ze smijten gewoon met mijn horloges. Zij hebben het gevoel: in Amsterdam mag alles, dus ook hier op de markt." Om de dreigende chaos tijdig te kunnen beteugelen, laat Henk zijn gelijkmatigheid voor even varen en brengt hij een gepatenteerd Mokumse uitvinding in stelling. "Ik geef ze een échte Amsterdamse mond. Dat wil wel eens helpen." Mensensoort twee is van verdachter allooi. Het soort wil ‘proletarisch shoppen’. Als Henk mensen ziet die meer naar hem kijken dan naar de uitgestalde waar, dan weet Henk meteen hoe laat het is: "Dat is verdacht gedrag." Eens vergiste Henk zich. "Ik lette extra op een groep meisjes. Ik lette niet op die twee oude vrouwtjes. Merkte ik achteraf dat juist die wat meegenomen hadden." Hebben deze seniorcriminelen even geluk gehad dat Henk zijn standaardprocedure niet op hen heeft kunnen toepassen. "Want daar heb ik zo mijn speciale maatregelen voor", zegt Henk geheimzinnig. Een haast onmerkbaar lachje glijdt over zijn gezicht. Amsterdamse humor, daar kun je Henks klokken op gelijk zetten.
Dappermarkt dapperheid
Twee soorten klanten stellen Henk regelmatig op de proef.
3937 keer bekeken