In het gezin Schijveschuurder werden acht kinderen geboren. De oudste was Klara (1923), de jongste was Joseph (1935). Zolang de kinderen nog thuis woonden en uitwerken gingen, werd hun inkomen meegeteld in het gezinsinkomen. Elke verdiende gulden werd deels afgetrokken of meegerekend in de uitkering van het Hoofd van het Gezin. In de laatste verhalen zal ik alle kinderen en hun partners benoemen en indien er materiaal is ook wat uitgebreider uitlichten.
Crisis Werklozen
Per januari 1931 wordt een aanvraag ingediend bij de Commissie voor Steunverlening aan “Crisis Werklozen”. Hij krijgt een crisissteun van fl.8,75 per week, later verhoogd tot fl.19,25 met de toevoeging dat het wordt verlaagd met twee derde van het inkomen van Klara. De drie oudste kinderen werken en dragen bij in het gezinsinkomen.
Klara is naaister bij Straus (NV confectie Industrie v/h Jul. Straus op de Keizersgracht 132) met een inkomen van fl.16,- per week. Abraham werkt als fietsknecht bij kruidenier J. Boutelje in de Joubertstraat 8 en verdient fl.8,50 per week. Abraham is voor een korte tijd in de leer geweest voor diamantbewerker maar kiest om onbekende redenen voor het werk als fietsknecht. Naatje is leerling naaister bij Hertzberger op de Prins Hendrikkade 141 en krijgt daarvoor een vergoeding van fl.1,60 per week. Herzberger is een groot bedrijf met twee vestigingen, volgens het Adresboek van 1935-36 zat op de Prins Hendrikkade de NV Andrè Confectie- en Textielfabriek (de ENVAH), in de Foeliestraat zat: de “Fabriek van Heeren-, Dames-, Kinderconfectie enz.”).
Gezinsuitbreiding en verhuizen
Het gezin is inmiddels uitgebreid met twee kinderen; Mozes en Sophia. Men woont inmiddels in de Hofmeyrstraat, kort daarna verhuist het gezin naar de Louis Bothastraat. De huur voor de woning in de Hofmeyrstraat bedraagt fl.7,25 per week. Vergeleken met de huren in de Spitskopstraat, waar ze later komen te wonen, een aanzienlijk bedrag (de huur in de Spitskopstraat bedraagt fl.3,90). Overigens gaat het met twee kinderen, voor wat betreft hun gezondheid, niet zo goed. Het gaat om Salomon en Mozes, voor hen wordt een aanvraag ingediend voor schoenen, pantoffels en een wollen deken in verband met uitzending naar de Joodsche Zee- en Bad kolonie in Wijk aan Zee.
Per 17 maart 1931 gaat Hartog weer aan het werk bij genoemde Rozelaar. Hartog zal er niet voor een lange tijd werken, hij blijft namelijk ziekelijk en wordt zelfs invalide verklaard. Hij krijgt crisissteun, de uitkering is fl.19,50, te verminderen met een Rijks Uitkering (R.U.) en twee derde van het inkomen van Klara om daarna te vermeerderen met fl.1,-. Dit is wat er wordt aangegeven in het dossier, het bijna niet na te gaan hoe men tot vaststelling van de crisissteun komt. Tel daarbij ook nog eens op dat, volgens het dossier, Hartog helemaal geen R.U. ontvangt. Er wordt overigens ook niet verwezen naar de inkomsten van de andere kinderen.
Terug NAAR: Spitskopstraat 5 III – Het gezin Schijveschuurder (1)
OF NAAR: Spitskopstraat 5 III – Het gezin Schijveschuurder (6)