Het was 1977, we woonden sinds kort in de Semarangstraat, en ik voelde me nog helemaal niet thuis in Oost. Ik kende niemand in mijn straat en was dus heel benieuwd wie er in het lege huis boven ons zou trekken. Op een middag kwamen ze aan: een Marokkaanse man, met zijn hoogzwangere vrouw en hun zoontje van een jaar of twee. We kwamen elkaar op de donkere trap tegen, dus veel meer dan wat onverstaanbaar gemompel over en weer kwam er niet van. Het was een paar weken later dat de buurman ‘s avond op de deur klopte en met handen en voeten duidelijk maakte ‘dat het zover was’. Of wij op de kleine wilden passen terwijl hij met z’n vrouw naar het ziekenhuis ging. Dat was natuurlijk geen enkel probleem. Vroeg in de ochtend kwam vader vermoeid maar gelukkig thuis, bedankte ons en verdween weer naar boven.
Enige tijd later werden we gevraagd voor een baby feest. De woonkamer zat vol met mannen en de buurman bracht mij naar het zijkamertje waar de vrouwen zaten. Daar stond ik dan - de vrouwen zaten allemaal op de grond - in het midden van de kamer met het cadeautje in mijn hand. Op dat moment bedacht ik dat ik helemaal niet wist hoe mijn buurvrouw eruit zag. Ik keek de kamer rond en zag geen enkel bekend gezicht. Wie was de jonge moeder, wat moest ik doen met mijn pakje? Iedereen keek in verwachting omhoog naar mij. Ik zag opeens dat er één vrouw was die en stuk ouder was, de oma misschien? Ik besloot het pakje aan haar te geven en zag tot mijn geruststelling dat het in een hoek bij andere pakjes werd gelegd. Het was heel gezellig maar ik ben er die avond niet meer achtergekomen wie nou de jonge moeder was.
Mijn onbekende buurvrouw
Daar stond ik dan midden in de kamer met een cadeautje in mijn hand.
3698 keer bekeken