In 1948 waren we op nr. 9 in de Laing’s Nekstraat komen wonen vlakbij de spoorbaan die langs de Tugelaweg liep.
Op de hoeken van de straat waren na de oorlog nieuwe huizen gebouwd want er bleek nogal wat beschadigd te zijn. Met Oud en Nieuw was het op het kruispunt met de Tugelaweg en ook met de Retiefstraat altijd feest. Hele hoge vuren door de verbranding van kerstbomen die we met z’n allen hadden opgehaald. Later werd er meer troep in het vuur gegooid en was het niet meer zo leuk.
De fietsenstalling van de familie Blaas was aan de overkant. Er stonden me daar toch mooie fietsen in de etalage ! Ik zat vaak bij Hans Blaas in z’n werkplaats te kletsen. En natuurlijk hebben wij er allemaal een fiets gekocht. Ik een met handremmen, dat vond ik zo chique en het geluid als ik terugtrapte was zo mooi.
Leuke herinneringen komen naar boven, maar ook een drama. Mijn vader verongelukte in mei 1969 op de hoek van de Laing’s Nekstraat en de Tugelaweg, 50 meter van ons huis. Vreselijk. Mijn moeder is in 1971 verhuisd.
Kom ik nu in de Laing’s Nekstraat dan is er nogal wat veranderd. Dat het middenpleintje verdween en plaatsmaakte voor twee brede stoepen hebben we nog wel meegemaakt maar uiteraard niet meer de renovatie van de woningen en het aanleggen van parkeerplaatsen. Soms heb ik de neiging om aan te bellen en te vragen of ik ons ‘oude’ huis nog eens even mag zien. Maar ik heb er nooit de moed voor gehad. Misschien komt het ooit.
Ik doe hier een foto uit 1955 van mezelf bij maar je kunt er wel op zien hoe de straat er vroeger met het middenpleintje uitzag. En daar gaat het eigenlijk om. Er stond één auto in de straat, van de familie Vis, een Citroën DS die omhoog veerde als de motor startte. Dat gebeurde niet zo vaak, maar was toen wel interessant.