Michel geboren op 17 november 1911 is de zoon van de tweede vrouw van Abraham Jas. Hij was werkzaam als groentehandelaar. Michel zou op 22 mei 1940 trouwen met Sara Groen (geboren op 12 oktober 1907). Sara was werkzaam als naaister. Zij gingen inwonen bij de ouders van Sara, in de Vrolikstraat 64 III. Op 8 september 1941 werd hun zoontje Abraham geboren.
Er doet zich iets heel opmerkelijks voor, waar ik geen verklaring voor heb. Bij de archiefkaarten vond ik dat Sara Groen, dochter van Juda Groen en Dina Lakmaker, twee keer voorkomt. De ene keer met het geboortejaar 1904 de andere keer met het geboortejaar 1907. Kijk ik op de archiefkaart van haar vader Juda, dan zie ik dat er twee Sara’s zijn. De ene is getrouwd met een B. Engelander, de andere met een D. Lakmaker. Maar dan mis ik de Sara getrouwd met Michel Willing! Op het Joods Monument staan bij de familie van Juda Groen ook twee dochters met de naam Sara. Daar wel een huwelijk met Michel genoemd. Een D. Lakmaker als huwelijkspartner van Sara Groen is onbekend.
Politie
Michel komt in aanraking met de politie. Eén keer omdat hij getuige is van een ongeluk met een militair voertuig. Dat was nog kort voor het begin van de oorlog, op 31 maart 1940. Het betreffende voertuig had een bocht te krap genomen en een lantaarnpaal omver gereden (hoek Vondelstraat – Tesselschadestraat). Michel wordt hier ‘fietsjongen’ genoemd, 28 jaar oud en wonend op de Tugelaweg 66 III.
De tweede keer is op vrijdag 5 september 1941. Hij wordt door twee rechercheurs van huis opgehaald, Hij is inmiddels woonachtig in de Vrolikstraat 64 III. Michel heeft blijkbaar samen met een zekere Simon Aldewereld de Distibutiewet ’39 overtreden. Niet in Amsterdam, want hun opsporing en aanhouding was verzocht in Bussum op 4 september door de Brig. Cmdt. der Marechaussee. Zij blijven op Bureau Linnaeusstraat in afwachting van hun transport naar Bussum. Deze Simon was net als Michel venter (aardappelen, groente en fruit), hij woonde in de Magersfonteinstraat 7 III. Zij worden gefouilleerd en een omschrijving van de fouillering wordt genoteerd. Het is onbekend waar dit toe heeft geleid.
Tot slot
In januari 1943 wordt het jonge gezin van Michel naar Westerbork ‘gebracht’. Daar wordt, tevergeefs, getracht een doopbewijs van de Ned. Herv. Kerk te overleggen. Michel wordt op 20 april 1943 in Auschwitz vermoord. Sara en haar zoontje Abraham worden op 19 februari 1943 in Auschwitz vermoord. Alle door mij gevonden kaarten van De Joodse Raad staan hieronder.
NAAR: Verhaal 1