Er is mij gevraagd iets meer te schrijven over ons huis boven het postkantoor op de Middenweg 56. Het is gesloopt in de jaren 60 vanwege de aanleg van de Kamerlingh Onneslaan.
------------------------------
Klik rechts (icoontje) bovenaan op de foto en de foto wordt vergroot weergegeven.
Het was een nogal donker maar groot huis. Ons vergane paradijs. Het dateerde uit 1898, mijn broer heeft de jaartalwindwijzer. Soms telden we, zittend achter de serreramen die u op de foto ziet, de automerken die voorbijkwamen; vooral Ford, VW en Opel, in die volgorde.
Die serre, waar rotan meubelen stonden, was 's winters met gordijnen, later met plastic, van de woon- of voorkamer afgescheiden. Daar stonden zware meubelen en een Jaarsma kolenhaard, zelfs een mooie rookstandaard. Achter was de eetkamer, met uitschuifbare tafel (4 zoons).
Boven het postkantoor konden we lawaai maken zoveel we wilden. In de hall, waar de telefoon (52049) aan de muur hing boven een telefoonstoeltje, speelden we hockey met wandelstokken. We konden om badkamer en wc heen rennen. De vrij moderne staande klok luidde als de Big Ben. De etensgong gebruikte moeder vaak.
Naast de achterkamer was de keuken met houten balkon, onder een machtige kastanjeboom. Mijn broers vertelden mij dat er voor mijn tijd een trap was vanaf ons balkon rechtstreeks de bloemenkwekerij van Wielinga in. Incidenteel speelden we er; we konden erin door een poortje naast de telefooncentrale. Vaders' (Ds Dijk) studeerkamer keek op dat balkon uit.
Op dezelfde etage was de slaapkamer waar ik volkomen onverwachts geboren ben. Boven was een grote slaapkamer en een zolder met enge schaduwen; daar werd vaak gestudeerd. Er was een aparte zolderruimte voor de kolen. Er was ook een stuk platdak waarvandaan we over Frankendael (VERBODEN TOEGANG) uitkeken. Mijn oudste broer zei recent: 'Zie je wel, toch de ooievaars!' (Voor wie dat niet weet: in Frankendael broeden tegenwoordig ooievaars)
Nadat de kapsalon was afgebroken en er de blinde muur gekomen was die u op de foto ziet, en ik nu voor het eerst weer zie, ontstond er een scheur in de zijmuur. Een plakbandje hield de zaak op zijn plaats... ( al snel snapte ik, dat moeder aan het eventueel loslaten kon vaststellen of we gevaar liepen)
Onze woning verdween onder de slopershamer (rond 1960). We wisten al een tijdje dat de Kamerlingh Onneslaan aangelegd zou worden. Een tijd was er sprake van, dat die langs de andere kant van het nog altijd bestaande telefoongebouw zou lopen, langs de voorkant. Je kunt er nog altijd art deco-letters boven de ingang zien. Nu is dat de achterkant van het gebouw. Helaas, de weg ging langs de achterkant, nu voorkant lopen, mijn geboortehuis moest weg. Mijn broers gingen in het lege huis wel eens voetballen. Ik liep er in een wijde boog omheen.
Stork, uw buurman, was natuurlijk mijn opticien. Emmer was meen ik de lampenwinkel in die tijd? En tussen viswinkel Braam (die het heel lang heeft uitgehouden) en het postkantoor bevond zich nog boekhandel Lintvelt. Fijne buren! Ik heb nog een boek met zijn plakkertje erin. Ze zijn beiden heel oud geworden.
Daar heb ik ook veel herinneringen aan. Ik woonde op de middenweg 53 en keek er schuin tegen aan. Naast het postkantoor zat ook nog de viswinkel van Braam.
ik heb er ook nog korte filmfragmenten van.
Anneke Koehof
Paradijs boven het Postkantoor
De kapsalon die in dit verhaal wordt genoemd moet die van Dolf Kamoschinski zijn geweest. Zie het verhaal hierover geschreven door Rob Spel én Karin Overtoom.
Leontien Mulder-Heuwekemeijer
Postkantoor
Wat leuk, wij moesten daar elke dag pakketten afleberen, Altijd op het laatste nippertje want er moest op het latste moment nog ingepakt worden en dan op een holletje naar de middenweg.
mariondeboer-schreuder
postkantoor
ik weet nog dat het postkantoor er zaten de kapsalon [het trapje op ]de boekwinkel.ben in 1947 geboren en in 1967 verhuisd dus de memories komen boven.toen ik in 1971 op het archimedesplantsoen terug kwam was er wel al veel veranderd.alleen het linnaeushof waar m.n moeder nog altijd woonde niet zo veel.