Ja, dat waren nog eens tijden... tijden met echte winters en ijsbloemen 's morgens op de ramen en dan rillend bij het kleine potkacheltje toekijken hoe moeder het vuurtje stookte met houtjes en oude kranten, en dan duurde het nog wel even voordat de kamer behaaglijk warm was. Wat dat aangaat zijn de tijden wel veranderd. We kregen aardgas en het enige dat we 's morgens nog hoeven te doen is het schuifje van de centrale verwarming wat opdraaien. Ach, ach... Ook ik ging kolen halen op mijn sleetje, wijl koude sneeuw door mijn lekke schoentjes drong, bij die winkel met die mijnwerker in de etalage, en brood halen bij Zuidervaart, waar twee vrouwen werkten waarvan er een steevast door mijn vader werd aangeduid als "het molenpaard" terwijl ik toch zeker wist dat zij niet zo heette. Tja, de tijden veranderden en zeker ook voor de kruidenier van 'De Pijl'. Het zal eind jaren zestig zijn geweest dat de eerste supermarkt in onze buurt verscheen, in de Pretoriusstraat. Den oude kruidenier zag de bui al snel hangen en verkocht zijn zaak maar vlug aan zijn trouwe bediende en zijn jonge bruid en toen zaten die met de gebakken peren. Te laat kregen zij door welk een slechte investering zij hadden gedaan. Alles hebben zij nog geprobeerd om het tij te doen keren. Zo hadden zij hun piepkleine winkeltje met een vloeroppervlakte van wel minstens 18 vierkante meters nog omgebouwd tot een heuse supermarkt, compleet met pak-maar-zelf schappen en met een kassa bij de deur en twee MINUSCULE echt PIEP-KLEINE winkelwagentjes. Geholpen heeft het allemaal niet; het was vechten tegen de bierkaai, maar wat had u dan gewild in een buurt waar de mensen het toch echt nog arm hadden. Soms vraag ik mij nog weleens af wat er geworden is van die trouwe bediende en zijn jonge bruid.