Titel van een onderzoek aan de Vrije Universiteit door Kees Rotgans, Roland de Weert en Gerhard Broers tijdens het werkcollege sportgeschiedenis door Prof. Dr. Th. Steven.
De periode omvat de jaren ’50 tot ’80.
Het onderzoek bestaat uit 3 delen: de Watergraafsmeer, AJAX en interviews met AJAX-fans.
Met dank aan Gerhard Broers voor het beschikbaar stellen van het resultaat van dit onderzoek.
De aanhang en hun AJAX
Voetbal in de Amsterdamse Watergraafsmeer gedurende de periode 1970-1985.
Waarom AJAX een topclub werd en de andere Amsterdamse clubs niet.
Michels, Johan Cruijff en Cor Koster.
Vervolgens blijft de vraag over hoe het komt dat Ajax zich als enige Amsterdamse club heeft kunnen handhaven in de top van het Nederlandse en Europese voetbal. Ook deze vraag legden wij voor aan de door ons geïnterviewde supporters. Ajaxkenner Evert Kuijt denkt dat Michels het verschil maakte samen met Johan Cruijff en diens schoonvader Cor Koster: ‘Die laatste zorgde voor betere financiële voorwaarden en verzekeringen. De omslag kwam na de verloren finale in 1969. Na dit keerpunt werd Ajax een professionele club.’
green|Een beleidskwestie en de unieke jeugdopleiding.**##
Volgens Wim Croese zorgde de unieke lichting van Cruijff, Swart, Nuninga, Keizer en Michels voor een verschuiving van semi-prof naar prof-voetbal. Verder was van belang dat de positie van de trainer versterkt werd: ‘niet de elftalcommissie maar de trainer stelde het elftal op’, aldus Wim Croese. Veel van de geïnterviewden hebben al eerder aangegeven dat Ajax eruit sprong vanwege het mooie voetbal. De club stond al in de jaren dertig bekend om zijn aanvallende spel. Dit leidde tot vollere tribunes in het eigen stadion ‘De Meer’. Dit alles kon natuurlijk niet gerealiseerd worden zonder een degelijk bestuur en een goede scouting. Charles van Kinsbergen kan dit laatste onderschrijven vanuit zijn eigen ervaring als donateur van de club. Het feit dat Ajax een topclub geworden is was volgens hem dan ook: ‘Een beleidskwestie. Op het juiste moment geldmiddelen vinden. Ik weet nog dat het slecht ging. We kwamen bij elkaar om geld in te zamelen, een paar ton om een speler te kunnen kopen. Dat kon natuurlijk niet maar het idee alleen al. En natuurlijk is er de unieke jeugdopleiding. Die is wereldberoemd.’
Nooit gefuseerd.
Wim Schoevaart en Martin Hansen , beiden actief als archivaris van Ajax, voegen hieraan toe dat de club nooit gesplitst is. Bij veel clubs stonden elftallen niet met elkaar in verbinding. Dat was in hun ogen bij Ajax wel het geval. De jeugd kon doorstromen naar het eerste elftal. En verder heeft Ajax natuurlijk nooit hoeven fuseren met andere clubs.
Prijsverhogingen.
Het geld voor de nieuwe speler zal vermoedelijk wel betaald zijn uit de prijsverhogingen die Ajax als eerste Nederlandse club doorvoerde. Mooi voetbal in de Nederlandse competitie en in Europees verband mocht wel iets kosten, zo redeneerde het bestuur. Op de aanhang had deze prijsverhoging overigens geen enkele invloed. ‘Mijn vader at liever niet dan dat hij niet naar Ajax ging’ is de reactie van Annemarie de Jong. Wim Croese had twee krantenwijken en kan zich weinig herinneren van prijsverhogingen. Natuurlijk speelde het geld een belangrijke rol. Veel supporters vonden Ajax tot de rijke clubs van Amsterdam behoren. Bij andere clubs als D.W.S. en Zeeburgia was het financiële draagvlak simpelweg niet of onvoldoende aanwezig om staande te blijven in het moderne betaald voetbal. Zoals zo vaak gaat het om de details. Zo hadden deze clubs lange tijd geen verlichting bij de trainingsvelden zodat er in de avond niet getraind kon worden. Ajax had dat wel en in het bijzonder in de semi-proffase maakte dat het verschil. Verder waren er nog de media. D.W.S. kwam volgens Rob Sloep vaak negatief in het nieuws. In Amsterdam, zo stelt hij:‘Is er geen plaats voor drie topclubs. Daar is Amsterdam te klein voor. In Engeland en Barcelona leven ze ervoor. Je krijgt daar een seizoenkaart bij je arbeidscontract. AC-Milan precies hetzelfde’.
Commerciële- en zakenwereld.
Door de successen in de jaren zeventig werd Ajax uiteindelijk ook interessant voor de commerciële- en zakenwereld. Ritsert Bosch bezocht Ajax vanaf 1968. Hij noemt de commerciële belangen van Ajax ‘enorm’. Hij vertelt ons: ‘De speelstijl is veel behoudender geworden. Resultaatvoetbal staat voorop, daarna pas mooi en frivool spel. Bij Ajax eist men bovendien resultaten en mooi voetbal. Het publiek is zeer verwend geraakt en neemt met minder geen genoegen.
Ajax is een begrip.
Uiteindelijk hebben we de vraag ‘waarom Ajax een topclub werd en andere Amsterdamse clubs niet’ voorgelegd aan Sjaak Swart. Met zijn visie op deze vraag willen wij graag dit hoofdstuk afsluiten: ‘Ik denk dat Ajax altijd een naam had voor het technische voetbal. Ajax was een begrip en dat is het nog in Europa en over de hele wereld. Ajax heeft altijd een goede jeugdopleiding en een goede scouting gehad. Ik moet zeggen dat ik de andere clubs ook goed ken. Blauw Wit was ook een heel goede rijke club maar daar was volgens mij het bestuur en de organisatie nooit echt gegroeid naar die van een professioneel geleide club. D.W.S. is eigenlijk hetzelfde verhaal. De Volenwijckers, ik kende al die jongens. Daar heb ik nog tegen gespeeld in de jeugd. Maar in het Olympisch stadion zaten nooit veel supporters voor die clubs. Daar kwamen dan drieduizend mensen. Ajax heeft altijd een goede organisatie gehad en goede voetballers en veel supporters. Amsterdam te klein voor meerdere topclubs? Ik weet het niet. Er had er wel één bij gekund. Aan de andere kant, in Rotterdam daar bungelt Sparta er ook maar een beetje bij….’.
••••••••••••••••••••••••••••••••••
► AJAX en de band met de Watergraafsmeer ◄
••••••••••••••••••••••••••••••••••