Ontwikkelingen of “Wat heeft het Jodendom ons in dezen tijd te zeggen?”

Religieus versus Profaan, een dilemma.

Verteller: Frits Slicht Frits Slicht
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Kazernestraat 10
Linnaeusstraat Synagoge, bron: JHM

Linnaeusstraat Synagoge, bron: JHM

Het Koor van de Grote Synagoge had als kernactiviteit een religieuze rol. Het ging daarbij om het begeleiden van de zaterdagdiensten in de synagoge, het begeleiden van een cantor bij een ceremoniële bijeenkomst of bijvoorbeeld de ontvangst van een hoogwaardigheidsbekleder als bijvoorbeeld een lid van het Koninklijk Huis. Maar ook bijeenkomsten van kleine chewre-sjoels of kleine Joodse verenigingen, het koor had daarin een rol net als bij de belangrijkste Joodse feestdagen. Eigenlijk zijn daar geen ontwikkelingen in. Niet dat het Koor ‘stil stond’, maar wel is het duidelijk dat de Kerkenraad van de NIHS geen grote veranderingen toestond.

Des te groter zijn de ontwikkelingen bij de andere koren van Samuel. En dan gaat het men name om het Amsterdamsch Joodsche Koor en ‘Kunst en Strijd’. Daar krijgt hij, of neemt hij, de vrijheid om te ontwikkelen om zich op een andere manier te uiten (daarover meer in andere hoofdstukken).

De jaren dertig zijn intensieve jaren met veel ontwikkelingen op economisch en politiek gebied. Niet direct zaken waar het Koor van de Grote Synagoge zich mee kon bemoeien zoals in 1938 als de ‘Vereenigde Joodsche Comités Amsterdam-Oost’ een grote bijeenkomst organiseren rond het thema: “Wat heeft het Jodendom ons in dezen tijd te zeggen?

Bijeenkomst in het Kraaiennest, later verplaatst naar de Synagoge Linnaeusstraat, bron: NIW van 16-09-1938

Bijeenkomst in het Kraaiennest, later verplaatst naar de Synagoge Linnaeusstraat, bron: NIW van 16-09-1938

Zelfs niet als er sprekers zijn als de rabbijnen J.H. Dünner en J. Soetendorp. Opvallend is dat door de grote belangstelling de bijeenkomst uitwijkt van de oorspronkelijk locatie (het Kraaiennest) naar de nabijgelegen Linnaeusstraat Synagoge. Het Amsterdamsch Joodsche Koor neemt de honneurs waar.

Een jaar later mag het koor wel komen, maar dan zijn een aantal leden van het koor gemobiliseerd en is het alsnog het Amsterdamsch Joodsche Koor dat zal optreden. Hoewel de namen van de leden van het laatstgenoemde koor niet bekend zijn, was het hoogstwaarschijnlijk wel zo dat de meeste leden ook in het koor van de Grote Synagoge zongen. Dat zij aanvankelijk wel waren uitgenodigd voor de door Nachaliël georganiseerde bijeenkomst had waarschijnlijk te maken met het feit dat de dienst een plechtig karakter had, geheel in overeenstemming met, zoals het NIW stelt, de ernst van de ‘naderende Joniem Nouroiem en het ontzettende van het wereldgebeuren’. Het gaat hier over de ‘Ontzagwekkende Hoge Feestdagen’: Rosj Hasjana en Jom Kipoer die tien dagen later plaatsvinden.

Terug naar de inhoudsopgave

Alle rechten voorbehouden

141 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe