Chazan en Koor, gelijkwaardig?

Verteller: Frits Slicht Frits Slicht
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Kazernestraat 10

Over gelijkwaardigheid en waardering.

Chazan Maroko bij de inwijding van de synagoge samen met het Koor o.l.v. Englander, bron: De Joodsche invalide, bron: Officieel orgaan van de joodsche invalide, jrg 11, 1937, no 2, 1937-09

Chazan Maroko bij de inwijding van de synagoge samen met het Koor o.l.v. Englander, bron: De Joodsche invalide, bron: Officieel orgaan van de joodsche invalide, jrg 11, 1937, no 2, 1937-09

Lovende woorden bij Harry Langendijk in het NIW van 20-09-1963. Hij noemt Samuel de eerste beroepsdirigent van het Koor en dat hij wonderen wist te bereiken met zijn koor. Maar hij heeft het toch vooral over de vele chazaniem die hij heeft mogen beluisteren en beschrijft het koor toch vooral als begeleiders. De diverse chazaniem die hij heeft mogen beluisteren, heeft mogen meemaken hebben grote indruk gemaakt. Voor het hele artikel: 50 jaar Chazanoet in Amsterdam .

De ervaringen van de bezoekers van de synagogale diensten zijn helaas beperkt.

Hoe het gesteld was met de officiële synagogale instanties (Kerkenraad, Rabbinaat) is nog moeilijker te bepalen. Een autoriteit als M.H. Gans noemt wel de kwaliteiten van het koor, maar heeft het in zijn eerder aangehaald hoofdstuk over de Chazzanoet vooral toch over de belangrijke rol van de chazzan. Zo haalt hij een artikel aan van Joachim van Praag onder te titel: “Een Vrijdagavonddienst in de winter in de Grote Synagoge”. Het lange artikel in De Vrijdagavond van 24 juli 1924 is na te lezen via: De Vrijdagavonddienst in de winter enz. Het Koor wordt genoemd, maar daar blijft het eigenlijk ook wel bij.

Voorblad van het boek van Rabbijn De Vries.

Voorblad van het boek van Rabbijn De Vries.

Een aantal jaren later (1928) verschijnt het boek van Rabbijn De Vries: “Joodse riten en symbolen’. Het koor wordt niet, nergens genoemd. De Chazan is de afgezant van de gemeenschap, hij is de woordvoerder tijdens de godsdienstoefening. De Vries lijkt, in mijn ogen, de chazan zelfs boven de Rabbijn te stellen (Tiende druk 2018 – blz. 29 – 34).

Het Rabbinaat van Amsterdam en het kerkbestuur hadden ongetwijfeld hun opvattingen over het koor. Dit blijkt onder andere uit het conflict dat Samuel met hen had in 1936 en later. Eerder waren er punten van kritiek van Samuel die door de kerkenraad niet echt werden gewaardeerd. Hij en het koor dienden zich vooreerst in dienst te stellen van de Rabbijn en de chazan. Hij mocht niet denken dat hij als jonge dirigent zomaar de tradities van de synagogale diensten kon aanpassen!

Waardering was er, zeker en vooral na de winst in Londen. Trots was men toch ook wel over ‘Hun Koor’. Maar hoe dit uit te drukken in een vergoeding. Het kan dan wel zo zijn dat Samuel beroepsdirigent werd genoemd, maar in vaste dienst was hij niet.

Terug naar de inhoudsopgave

Alle rechten voorbehouden

44 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe