Uitersten (b)

Kijkend naar de vele ‘optredens’ van Samuel, ook in de maanden daarna, vraag ik mij af hoe hij dit allemaal voor elkaar heeft gekregen.

Verteller: Frits Slicht Frits Slicht
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Sint Antoniesbreestraat 34 (ged.) - 38 (ged.) v.r.n.l., synagoge "Mewaksjij Jausher" op nr. 36. Vervaardiger: hetInternationaal Persfoto Bureau N.V., uit de collectie van het Archief van het Dagblad Het Vrije Volk en rechtsvoorganger: foto's. Bron Beldbank SAA.

Sint Antoniesbreestraat 34 (ged.) - 38 (ged.) v.r.n.l., synagoge "Mewaksjij Jausher" op nr. 36. Vervaardiger: hetInternationaal Persfoto Bureau N.V., uit de collectie van het Archief van het Dagblad Het Vrije Volk en rechtsvoorganger: foto's. Bron Beldbank SAA.

Er zijn grote en kleine optredens: van een speeltuinconcert tot de ontvangst van de Koningin – Moeder Emma in De Joodsche Invalide, van de opening van de Joodsche ULO tot een liefdadigheidsconcert in het Burger Ziekenhuis en van de herinwijding van de synagoge  “Mewaksjij Jausher" (Zij, die recht zoeken) aan de Sint- Anthoniesbreestraat 36 (Amsterdam) tot een bijeenkomst bij de Joodsche vereniging “Sjoloum Wereingous” in Amsterdam Noord. Tussendoor zijn de sabbat bijeenkomsten in de Synagoge waar hij elke vrijdagavond en zaterdag aanwezig is. M.u.v. het speeltuin optreden gaat het hier alleen om het Koor van de Grote Synagoge. Maar de andere koren o.l.v. Englander hebben ook zo hun optredens en zangwedstrijden.

Het jaar 1928 begint met een bijzonder evenement. Op woensdag 11 januari zal er in de Joodse Invalide een concert worden gegeven door het koor van de Grote Synagoge onder leiding van Samuel Englander.

Advertentie voor een radio optreden ten bate van De Joodsche Invalide, bron: Algemeen Handelsblad van 08-01-1928

Advertentie voor een radio optreden ten bate van De Joodsche Invalide, bron: Algemeen Handelsblad van 08-01-1928

Optreden in De Joodsche Invalide met o.a. Louis Zimmerman Alg. hand. 12-01-1928

Optreden in De Joodsche Invalide met o.a. Louis Zimmerman Alg. hand. 12-01-1928

Op zich niet zo bijzonder, ware het niet dat dit concert live te volgen is op de radio. Het NIW spreekt van een uitzending voor “Gansch Nederland”. De uitzending is te volgen via de A.V.R.O. via ‘Hilversum, van 8 tot 10 uur’. Bij hoge uitzondering is ook bekend wat er werd gezongen én door wie. Het NIW van  6 januari 1928 noteert: 1. Boroeg Habboo; 2. Ngeits Chajiem hie; 3. Omar Rabbie Elngozor; 4. Wesjomeroe; 5. Mozmour Lesoudo; 6. Lou Omoes Kie Echjee (te zingen door de heeren Rabbie, Engelander en Nieweg); 7. Sjier Hammangalous; 8. Ohawtie.” (bron: het NIW van 06-01-1928)

Overigens was er kort voordien ook al een radio-uitzending. Het Centraal Blad plaatste een foto van het Koor op 28-10-1927.

Het Koor van de grote Synagoge (optreden voor de radio), bron: Centraal blad voor Israëlieten in Nederland van 28-10-1927

Het Koor van de grote Synagoge (optreden voor de radio), bron: Centraal blad voor Israëlieten in Nederland van 28-10-1927

 

Maar voor het koor onder leiding van Samuel naar Londen vertrekt, is er nog een ingezonden brief in het NIW van 18 mei 1928. Het ligt in het verlengde van de kritiek die Samuel uitsprak in het tijdschrift De Vrijdagavond (november 1926). In zijn brief beschrijft J. Pinkhof (woonachtig: Plantage Franschelaan 11c) het meezingen of neuriën door ‘het publiek’ tijdens de synagogale dienst in de grote Synagoge. Zijn mening is dat delen van de door het koor gezongen liederen door de Gemeente meegezongen zouden kunnen worden. Het gaat hem dan om de ‘responsen’, niet om het hele lied. Het gaat om het antwoord dat gezongen wordt door de Gemeente in de eredienst. Je zou dat een soort van beurtzang tussen het koor en de Gemeente kunnen noemen (een responsorium). J. Pinkhof beseft wel dat de koorleider, Samuel Englander, hier geen voorstander van is. Maar hij weet ook dat de oppervoorzanger Maroko in ieder geval niet tegen is. Hij heeft persoonlijk contact gehad met de heer Maroko. Hij hoopt dat de kerkelijke functionarissen, de heer Maroko en de heer Englander met elkaar gaan overleggen. Als hij in zijn slotzin refereert aan de laatste sjoeldienst, daar was de stemming onder de aanwezigen (de ‘occupeerders en occupeersters’) positief over het kunnen deelnemen, het kunnen meezingen of neuriën.  Voor het hele artikel! 

Terug naar de inhoudsopgave

Alle rechten voorbehouden

94 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe