Soms loop ik er langs, het huis uit mijn jeugd. Zoveel herinneringen daar. Het portiek dat een afstapje had en waar we als kind graag zaten. We vertelden elkaar enge verhalen, of bedachten wat we gingen spelen. Bordje tik, verstoppertje of hinkelen? De deur had een raampje wat open kon. Dat gebruikten we 's avonds om te kijken wie er voor de deur stond als het donker was. Maar ook een touwtje door de brievenbus, zodat mijn moeder niet elke twee minuten naar de deur hoefde te lopen om me binnen te laten. We zaten voor de ramen op de vensterbank te wachten tot het onze beurt was. De gootjes waren knikkerpotten. Ik weet bijna alle namen van de buren nog. Net als al mijn vriendjes en vriendinnetjes van toen.
Met sommige ben ik nog steeds bevriend.
Vanaf dat huis ging ik voor het eerst naar de kleuterschool en de lagere school en zelfs naar de Middelbare school. Er kleven zoveel herinneringen aan dat huis. Ik weet nog dat ze kwamen melden dat mijn opa van vaderskant was overleden. En dat de zus van mijn opa van moederskant aan de deur kwam. Mijn opa was dood. Ik weet nog dat ik een ei stond te bakken en in mijn wanhoop en verdriet die pan door de keuken smeet. De tussenkamer die mijn slaapkamer was. De avonden dat ik stiekem achter de deur door het raampje in de kou naar tv keek. Ik denk ik heb heel peyton place zo gezien. En dan die spanning als mijn moeder opstond om koffie en ik moest maken dat ik in mijn bed kwam. Hoe ik sliep in een twijfelaar, een opklapbed met al mijn poppen en beren. Hoe mijn oom en tante kwamen logeren en ze met haar man door dat bed zakte.
Hoe vaak ik belde op 1 hoog om met Erik te gaan spelen. Tenten bouwen van alle lakens en dekens en tafelkleden die zijn moeder had afgedankt. Alle buren die ooms en tantes werden of opa en oma. Ik was 14 toen we verhuisden naar een woning 2 straten verderop, maar bijna een andere wereld. We zijn nu 43 jaar verder. Bijna niemand van toen woont er nog. Er is geen afstapje meer in het portiek en een touwtje zie je al helemaal niet meer. Er is nu een geveltuin en zitten op de vensterbank gaat niet meer lukken.
Bijna alle ooms en tantes en opa's en oma's van toen zijn overleden. De woningen zijn gerenoveerd en toen ik een keer binnen mocht kijken, herinnerde niets meer aan de tijd toen ik er woonde. Maar toch, elke keer als ik er langs kom, komen al die herinneringen terug en zie ik in gedachten al die mensen van toen.
Het huis uit mijn jeugd