Sorry nog voor de leverworst, mam

Verteller: Rob Spel
Auteur: Rob Spel

Ik heb het haar nooit verteld...

Bréde leverworst à 25 cents het ons. Foto Rob Spel

Bréde leverworst à 25 cents het ons. Foto Rob Spel

 

Een biecht is dit eigenlijk. Mijn moeder is al bijna dertig jaar dood, maar ik vertel nog wel eens over de gebeurtenis en dan schaam ik me. Alsnog.

In de Baweanstraat hadden wij een eigenaardige slager. Of eigenlijk was die slager niet zozeer vreemd, het was zijn winkel. Er wás geen winkel, je liep een benedenwoning binnen.

Meestal moest je aansluiten bij een lange rij in het gangetje, want slager Van Voorst was beroemd tot ver buiten de Indische Buurt.

In dit verhaal gaat het om zijn leverworst. Bréde leverworst à 25 cents het ons.

Als ik tussen de middag uit school kwam, zei mijn moeder soms: 'Ach, haal jij even een ons leverworst bij Van Voorst.'

Ze gaf me een kwartje uit haar rode plastic portemonnee die ze op het aanrecht legde en meestal liep ze dan weg om ergens anders in huis verder te gaan met haar werk.

Een enkele keer lukte het me om heel behoedzaam de nikkelen sluiting van de portemonnee te openen en er nog gauw gauw een dubbeltje en een stuiver uit te peuteren.

Wat een rotstreek, denk ik nu, want mijn ouders hadden begin jaren '50 geen cent te makken, alleen wist ik dat niet, ik dacht dat we behoorlijk rijk waren, omdat het rode portemonneetje meestal uitpuilde van de munten.

Eindelijk was ik aan de beurt.

'Wat mag het zijn, jongeman?' Mevrouw van Voorst, witte jas, meestal deed zij de vleeswaren.

'Anderhalf ons brede leverworst,' zei ik.

Ze legde de enorme worst op de snijmachine en een voor een drapeerde ze de plakjes op het papiertje op de weegschaal.

'Zo, dat is dan anderhalf ons voor de jongeman, en hier, dan krijg jij ook nog een plakje van de slager. Dat is dan veertig cent, het was een streepje meer.'

Nu was het zaak om snel de straat op te gaan en dan niet linksaf naar mijn huis, wat ongeveer vijftig meter was, maar meteen rechtsaf de Boetonstraat in, daar vond ik altijd wel het een of andere portiek.

Zorgvuldig maakte ik het koele pakje open en propte snel een stuk of vier plakjes in mijn mond, het was de kunst om ongeveer met het ons thuis te komen waarop ik was uitgestuurd.

We genoten van de verse boterhammen die mijn moeder 's ochtends zelf bij Stevense had gehaald, belegd met de hoog geprezen leverworst van Van Voorst. Meestal gaf mijn moeder mij nog een plakje meer dan zichzelf ook, omdat ik in die tijd nu eenmaal veel meer boterhammen at..

Ik heb het haar nooit verteld. Rotzak!

 

Rob Spel ©

 

 

Alle rechten voorbehouden

502 keer bekeken

Peter de Vries

De dichte slager!

Leuk verhaal Rob, 

Ja wij uit de Boetonstraat  haalden daar ook ons vlees en vleeswaren, zoals mergpijp voor in de soep,  kaantjes en reuzel. Zelf gruwde ik toen van elk randje vet aan het vlees.  Het blijft ook heel bijzonder zo'n slagerij in een slaapkamer. 

groet Peter de Vries