Als de oorlog aanbreekt, verandert er aanvankelijk weinig. Zoon Louis gaat trouw naar de (J)ULO (= De Joodse ULO of MULO op de ULO Weteringschans-255a ). Aanvankelijk zat de school in de Tweede Boerhaavestraat 203, om in 1937 te verhuizen naar de genoemde locatie op de Weteringschans.
Carla vertelt dat hij na deze school misschien wel rabbijn had kunnen worden. Probleem bij Louis is zijn zwakke gezondheid, hij is chronisch astmatisch. Lopen of fietsen naar school is voor hem uitgesloten. Via Maatschappelijke Steun (M.S.) krijgt hij dan ook een tramkaart. Eén en ander wordt trouw bijgehouden in het dossier van de M.S. Er is zelfs een recept / briefje van de huisarts of controlerend arts opgenomen in het dossier. Het betreft de jonge arts Salomon Meijer die praktijk heeft aan de Sarphatistraat 109 huis.
Maar dan raakt moeder Sophia zwanger, zwanger van een achtste kind. Carla vertelde het aangrijpende verhaal over Tante Fie. Tante Fie neemt de beslissing om dit kind niet te laten komen. Zij voorziet blijkbaar meer dan anderen. Alleen de vader van Carla, Mozes Gobitz, is net als zij zeer ongerust! Ongerust over de situatie voor de Joden en voor de socialisten. Hij heeft zijn zorgen meerdere malen geuit tegen zijn partijgenoten van de SDAP die regelmatig bij hem thuis komen. Hun reactie: “maak je nu maar niet zo ongerust, wij zijn er om jou te helpen”. Mogelijk heeft hij zijn zorgen ook in familieverband geuit. Geuit waar ook zijn schoonzuster Fie bij aanwezig is.
We spreken over eind 1940 als Tante Fie deze ingrijpende beslissing neemt. Bedenk daarbij dat het hier gaat om een religieus levend Joods gezin. Desondanks heeft ze (hoogstwaarschijnlijk) een abortus ondergaan. Of zij dit geheel alleen heeft gedaan of met behulp van een ander is niet bekend. Maar het gaat fout en zij overlijdt op 30 december 1940.
Terug naar alle: VERHALEN VAN CARLA KAPLAN – GOBITZ