“Toen ik geboren werd – in het noodziekenhuis in Zeeburg – woonden mijn ouders in bij mijn opa en oma in de Bankastraat. Vaag herinner ik mij nog een mooie grote waranda op de zon. Er waren twee deuren die toegang gaven tot het trapportaal, je kon een rondje lopen door de woning. Toen ik twee en half jaar oud was kregen mijn ouders een eigen woning in de Vrolikstraat 457 op 1 hoog, vlak bij het Kastanjeplein. Ik zie het Kastanjeplein nog zo voor me, het was in tweeën gedeeld met de rijbaan in het midden, aan de ene kant de speel plaatst met zandbak en klimtoestellen, aan de andere kant het kerkplein. Ik heb heel veel op straat gespeeld, veel met het buurmeisje van nummer 248. Zij had een broertje dat op een dag tijdens het spelen met een blaaspijp een pijltje in zijn oog kreeg, het bloedde vreselijk. Zijn moeder rende met hem in haar armen naar het Burgerziekenhuis en gelukkig kon zijn oog behouden blijven. Dat heeft diepe indruk op mij gemaakt toen. Op de hoek van het Oosterpark en de Linneausstraat – waar nu al jaren de sleutelkluis is gevestigd - zat een Jamin winkel , vanachter een raampje in de muur verkochten zij ijs. Dat raampje zit er nog altijd.
Wij waren thuis niet katholiek, maar er woonden toen veel katholieken in de Oosterparkbuurt en veel van mijn vriendinnetjes gingen naar de Barbaraschool. Mijn ouders wilden echter dat ik naar de openbare kleuterschool ging en de dichtstbijzijnde was in de Pontanusstraat: “De gouden regen”. Mijn onderwijzeres- juffrouw Visser – kwam net van de kweekschool en had daar haar eerste klas. Ze is nog heel lang juf gebleven. Ik vond haar aardig, ik genoot van het knutselen en ik herinner me dat mijn vader – die bij een drukkerij werkte – soms grote pakken papier kwam brengen. Toen ik naar de grote school moest kwam ik met moeite – want eigenlijk zaten ze al overvol – op de Linneausschool, waar ik het ook naar mijn zin heb gehad. In het begin maakte mijn juf die al tegen haar pensioen aan zat, een punt van het feit dat ik linkshandig ben, maar dat werd snel opgelost. In mijn herinnering speelden we geregeld in het Oosterpark met die school, ik heb er 2 jaar op gezeten.
Mijn ouders hadden een heel oude woning waar veel aan markeerde en waren dus blij toen ze een woning in Nieuwendam kregen. Maar ik vond het minder, in Oost had je alles, de buurt was leuk en in Nieuwendam was het echt een pioniersgebied. Gelukkig ging mijn moeder nog steeds boodschappen doen in Oost, naar de Dappermarkt of in de Javastraat. Wat een leuke straten waren dat: de mooie stoffenzaak in de Javastraat of de speelgoedwinkel ‘De toverdoos’. Een groot deel van mijn familie woonde nog in Oost, en ik kreeg vaak speelgoed, dus ik kwam er geregeld. Ja ik heb lang heimwee gehad naar Oost “.