De schrijfster Elli Augustin (1903-2001) woonde in het Willem Witsenhuis (de kant onder het museum) van1972 tot haar dood. Haar bekendste publicaties waren 'Moord en doodslag in Wolhynië' en 'Malcolm X'. Ze was een van de initiatiefneemsters inzake het monument van de Tachtigers dat Jan Wolkers maakte voor in het Oosterpark. Ook deed ze veel voor de literaire salon Vrielink, die enige decennia succesvol heeft bestaan en waar ikzelf ook enkele keren optrad met gedichten van me (eerst stond ik op het programma met Lucebert en een aantal jaren later met Jan Hanlo).
We zaten te wittewijnen: Elli, haar zoon Niels en ik, in de zomerende achtertuin, en ik zag al die roemruchte bezoekers uit zo’n honderd jaar eerder op het gras staan te praten: schilders als George Breitner, Isaac Israëls, dichters als Herman Gorter, Willem Kloos, Paul Verlaine, en noem maar op (ze waren nu doorzichtig van helder zomermiddags zonlicht). Ik refereerde nog eens aan dat (onaffe) portret dat Witsen van z’n tweede vrouw had geschilderd en dat boven in het museum hing. En hoe fascinerend ik het vond.
Elli vertelde: "Toen Witsen gestorven was, begon z’n weduwe met het oproepen van geesten. En na vele seances hoorde ze eindelijk wat ze meende dat de stem van Willem Witsen was. Ze ging vervolgens op bed liggen en kwam er niet meer vanaf. Tenslotte stierf ze."
Ik stond, ging Elli verder: "Eens met de schrijfster Anneke Brassinga in de huiskamer van Willem Witsen, hierboven in het museum, en ik had haar net het verhaal verteld over de seances. We stonden onder de hanglamp boven de eettafel. Ineens plofte er iets boven ons. Anneke en ik schrokken een klein beetje. Dat is de geest van Willem, schertste ik. Het was een gloeilamp, die het had begeven."