Sparen!

Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Transvaalbuurt

Ik weet niet meer hoeveel ze spaarde, maar ze kreeg telkens een stempeltje in een soort van boekje. Als het boekje vol was, had je twintig gulden gespaard (in bonnen of zegels!).

Officiële ingebruikname Transvaalplein - De foto is gemaakt de gemeenschappelijke tuin tussen het Transvaalplein en de Transvaalkade, in 1913. Afgebeeld zijn genodigden en eerste bewoners die bij de feestelijke ingebruikname aanwezig zijn. Zichtbaar is het genoemde huisje waarover in het verhaal sprake is. (De foto is eigendom van de Algemene Woningbouw Vereniging, de AWV heeft toestemming verleend voor plaatsing.)

Officiële ingebruikname Transvaalplein - De foto is gemaakt de gemeenschappelijke tuin tussen het Transvaalplein en de Transvaalkade, in 1913. Afgebeeld zijn genodigden en eerste bewoners die bij de feestelijke ingebruikname aanwezig zijn. Zichtbaar is het genoemde huisje waarover in het verhaal sprake is. (De foto is eigendom van de Algemene Woningbouw Vereniging, de AWV heeft toestemming verleend voor plaatsing.)

Alle rechten voorbehouden

In de gemeenschappelijke tuin bij ons achter zat een huisje van de Algemene Woningbouwvereniging. Je kon daar op maandagavond naar toe met vragen maar ook om te sparen voor kolen. Je bracht dan bijvoorbeeld elke week twee kwartjes. Het bedrag werd keurig genoteerd. Tegen de tijd dat het koud begon te worden, werden de kolen gebracht (ik denk toch al snel ongeveer 20 mud kolen). Die werden dan bij ons boven, op zolder, in het kolenhok gegooid. Daar kon je dan de hele winter de kachel mee stoken.

Een ander spaarsysteem was het sparen voor Pesach (Joods Pasen). Er kwam daar elke week een mannetje voor langs om het geld op te halen. Ook dat ging misschien om een paar kwartjes. Voor het geld dat je gespaard had (dat kon voor een ieder een ander bedrag zijn) kreeg je dan met Pesach een tegenwaarde in boter, kaas en eieren. Die man had dat allemaal in een kamer of ruimte opgeslagen.
We kregen met Pesach ook wel Matzes, van De Haan, maar die kregen we gratis via de Joodse Gemeente. Om eerlijk te zijn, ik eet met Pasen nog steeds matzes, de hele week.

Mijn moeder spaarde ook bij een andere man die aan de deur kwam. Ik weet niet meer hoeveel ze spaarde, maar ze kreeg telkens een stempeltje in een soort van boekje. Als het boekje vol was, had je twintig gulden gespaard (in bonnen of zegels!). Daar kon ze in een heleboel winkels in Amsterdam kleding of schoenen mee kopen. Ik weet niet meer in welke winkels. Wel weet ik nog dat ik met mijn moeder in de Javastraat ben geweest om schoenen te kopen. Daar leverde ze dan zo’n bon in. Voor die twintig gulden kon je wel vier paar schoenen kopen in die tijd. Lenen kwam niet in ons op, sparen wel!

Lees ook: Ouwelzegels

Alle rechten voorbehouden

743 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe