Voetballen was vroeger mijn lust en mijn leven. Er zijn dan ook weinig plekken in de Watergraafsmeer waar ik dat niet gedaan heb. Bij ons in de straat, het landje bij de Koningskerk, Biothof, Voorland. Vaak waren dat wedstrijden van jongens uit verschillende buurten tegen elkaar. Het landje bij de Koningskerk was het favoriete veld, daar kon ik trots mijn nieuwe voetbalschoenen laten zien. Van die hoge, met houten noppen eronder gespijkerd.
Op de Bredeweg speelden we vaak ook met een tennisbal, dat was goed voor je techniek. Bij ons in de straat mocht altijd een meisje meedoen, Els van Straaten. Die ging er net zo in als een jongen.
We voetbalde bij ons voor de deur of ergens anders op de laagte.
Een keer deed Henkie Prinsen mee. Hij mocht eigenlijk van zijn vader, die dominee was, nooit meedoen. Bovendien vond dominee Prinsen het niet leuk als we bij hem voor de deur speelden. Het spel golfde op en neer, toen Henkie Prinsen de bal opeens een enorme knal gaf in een poging op doel te schieten. Henkie was niet zo goed, eigenlijk. De bal vloog een eind weg, evenals de rechter schoen van Henkie. Die vloog met een sierlijke bocht door het raam van de ouderlijke woning. Henkie maakte dat hij weg kwam, maar voordat hij kon verdwijnen riep zijn vader hem streng bij zich.
Henkie hebben we vele dagen niet meer op straat gezien, dat was zijn straf. En bij dominee Prinsen voor de deur voetballen durfden we niet meer.
Foto afkomstig van: http://www.communityjoodsmonument.nl