Nadat ik lid was geworden van de illegale CPN raakte ik betrokken bij De Waarheidgroep. Wat wij deden was het drukken en verspreiden van De Waarheid.
Cor Basart, de kunstschilder, tekende ook de koppen van de illegale Waarheid. De stencils werden gebracht door een andere kunstenaar, zijn naam was Huib van Lith.
Huib had een atelier in De Galerij 48 (tegenwoordig het Frederiksplein). In zijn atelier zaten zeker wel zo’n tien joden ondergedoken. Van Lith kwam soms met de stencils en dan moesten ze zelfs nog getikt worden. Dan dicteerde ik de tekst aan Cor. Hij tikte de tekst op een koffermachientje om vervolgens de kop te tekenen.
Cor woonde naast de accordeonist Jan Hofmeester. Dat was interessant: omdat we hadden afgesproken dat als we de benen zouden moeten nemen via het balkon, we bij Jan Hofmeester naar beneden zouden gaan.
Als de stencils eenmaal waren afgedrukt, moesten wij ook zorgen voor de verspreiding. Dat afdrukken of stencilen deden we weer op een ander adres. Eén zo’n adres zat in de Noorderstraat, ik heb daar later nog in de onderduik gezeten.
Weg van de CPN
Na de oorlog ben ik uit de CPN gestapt. Waren zij voor de oorlog nog voor een onafhankelijk Indonesië, na de oorlog hadden zij hun leus: "Indonesië los van Holland" laten varen. Voor mij en onverkwikkelijke zaak!