Vlak na de Tweede Wereldoorlog verhuisden mijn ouders met hun zoontjes Fransje (4) en Chrisje (2) van Wittenburg naar de Retiefstraat 101, waar vele huizen leeg waren na de jodendeportaties. Fransje begon direct een onderzoekingstocht door het onbekende huis. In de donkere gangkast onder de trap vond hij een luik! Pappa Piet en mamma Mien werden gewaarschuwd en het luik kwam omhoog. Gapende inktzwarte duisternis. Pappa had een knijpkat en boog zich het gat in. Spinnerag, puin, rommel en heel in de verte… "Jezus christus!" schreeuwde pappa (hij was een vroom katholiek). "Daar liggen een paar lijken!" Mamma keek ongelovig voorovergebogen onder de vloer mee en ook zij zag onder de vloer enkele gestalten liggen. "God same lazere!" (ook moeder was een devote gelovige). Nadat enkele kaarsen waren ontstoken en vader (hij was dapper!) verder onder de vloer gekropen was, bleken de ‘lijken’ twee paspoppen te zijn, zoals door kleermakers gebruikt werden. Er omheen lagen enkele balen fraaie fluwelen stof. Later hoorden we dat hier een joodse kleermaker gewoond had. Tot diep in de vijftiger jaren droegen de kinderen Wesseling dure fluwelen kleertjes. Niemand begreep hoe we aan de stof kwamen! Als bewijs hierbij een foto van mijzelf (Pietje) in het fluweel (met kantenkraag) door Foto Fransen gemaakt in 1952. Foto Fransen was destijds gevestigd aan de Beukenweg 22, telefoon 50471 (5 cijfers!), zo vermeldt hun stempeltje keurig aan de achterzijde van de foto.
Lijken onder de vloer
Het luik kwam omhoog. Gapende inktzwarte duisternis. Pappa boog zich het gat in...
3515 keer bekeken