Het Calmeyer-stempel

Aantonen dat je 'slechts ten dele van joodse afkomst' bent.

Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Transvaalbuurt, Retiefstraat 114 II, Amsterdam

Over de procedure om uitgezonderd te worden van deportatie door de Duitse bezetter.

Titelblad boek Ruth van Galen. Ruth van Galen heeft haar leven te danken aan Calmeyer en zij is het dan ook niet met de opvatting eens dat Calmeyer door de geschiedschrijvers ook afgeschilderd wordt een onverschillige, wispelturige ambtenaar, die heeft meegewerkt aan de vervolging van de Joden. . Haar conclusie heeft zij neergelegd in dit boek.

Titelblad boek Ruth van Galen. Ruth van Galen heeft haar leven te danken aan Calmeyer en zij is het dan ook niet met de opvatting eens dat Calmeyer door de geschiedschrijvers ook afgeschilderd wordt een onverschillige, wispelturige ambtenaar, die heeft meegewerkt aan de vervolging van de Joden. . Haar conclusie heeft zij neergelegd in dit boek.

Alle rechten voorbehouden

De Calmeyer-procedure

In 1942 ben ik begonnen met de procedure ter verkrijging van de zogenaamde Calmeyer-stempel. Die stempel kon je krijgen als je kon aantonen dat je ‘slechts ten dele van joodse afkomst was’. Dankzij zo’n stempel werd je niet uitgezonden naar Oost-Europa. De procedure om een dergelijk stempel in het persoonsbewijs te krijgen, was een zeer langdurig proces.
Een en ander betekende dat ik vanaf 3 mei 1942 heb rondgelopen met de Davidster (verplicht voor alle Joden ouder dan zes jaar), tot aan het moment dat ik het Calmeyer-stempel heb gekregen. Ik kreeg het stempel pas eind 1944 (of begin 1945).

Bij de Burgerlijke Stand

Door de gele Davidster viel ik natuurlijk op. Ik werd dan ook regelmatig aangehouden en gecontroleerd. Gelukkig had ik goede papieren. Ik had een bewijs van de Burgerlijke Stand dat ik een aanvraag had lopen voor het Calmeyer-stempel. Telkens weer werden die papieren tegen het licht gehouden. Uiteindelijk kwam dan het bericht dat ik mij moest melden bij de Burgerlijke Stand. Ik zou het stempel krijgen. Bij de Burgerlijke Stand aangekomen kwam de ambtenaar met een grote schaar: “Zo, nu zullen we hem er maar eens afknippen”. Dat vond ik een mooi gebaar.
En dan te bedenken dat ik een dergelijke aanvraag helemaal niet wilde indienen. Maar mijn moeder vond dat ik het wel moest doen. Zij hoopte dat ik zo mijn leven kon redden. Die papieren ben ik na de oorlog allemaal kwijtgeraakt nadat er bij mij was ingebroken in het hok (de schuur): alles was weg.

(Hans Calmeyer was een Duitse jurist die tijdens de bezetting werkzaam was binnen het bezettingsbestuur. De verplichte aanmelding van iedereen van ‘van joodsche bloede’ werd door hem gecoördineerd. Hij besliste in twijfelgevallen. Calmeyer willigde verzoeken in, ook als deze op valse documenten waren gebaseerd, maar heeft ook een flink aantal verzoeken afgewezen. Aanvulling F.Slicht, bron – JHM.)

Naar het volgende verhaal: Jan Dondorp

Alle rechten voorbehouden

1664 keer bekeken

2 reacties

Voeg je reactie toe
Anneke Koehof

Het Calmeyer Stempel

Momenteel is er veel te doen over de rol van Calmeyer en prominenten verzetten zich tegen financiering van het Duits Vredesmuseum in Osnabrück vanwege de inmiddels omstreden naam.

Op 4 mei jl.zag ik een 2doc documentaire 'Het Raadsel van Femma, prooi van een mensenredder'. 

Na het bekijken hiervan ga je toch wel nadenken over de rol van Calmeyer. 

https://www.2doc.nl/documentaires/series/2doc/2020/het-raadsel-van-femma--prooi-van-een-mensenredder.html

Zeer de moeite waard om bovenstaande link over te nemen. 

agaath dondorp

toeval

Neef Dirk Dondorp in Hamburg stuurde mij deze site. Bij toeval heb ik drie jaar geleden gemaild met de kleinzoon van Jan Dondorp,,,Toen ik de naam van de dochter van Jan las, dacht ik....he dat herken ik.......ik heb inmiddels de kleinzoon gemaild en deze site ook doorgestuurd.
Prachtig verhaal!