Voddenventvergunning

Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Transvaalbuurt, President Brandtstraat

Je mocht niet overal komen met je kar, maar kreeg van de Gemeente een bepaalde wijk aangewezen.

Aanvraag Handelsgeld Voorblad uit het dossier (van de Gemeentelijke Dienst voor Maatschappelijken Steun) van Simon Suesan (10 oktober 1930), de vader van Katharina Blog-Suesan. Uit het voorblad blijkt waar het om gaat, een aanvraag voor handelsgeld<br />Bron: Gemeentearchief Amsterdam.

Aanvraag Handelsgeld Voorblad uit het dossier (van de Gemeentelijke Dienst voor Maatschappelijken Steun) van Simon Suesan (10 oktober 1930), de vader van Katharina Blog-Suesan. Uit het voorblad blijkt waar het om gaat, een aanvraag voor handelsgeld
Bron: Gemeentearchief Amsterdam. Door: Frits Slicht

Alle rechten voorbehouden

Hoewel het geen vetpot was, verdiende mijn vader meestal genoeg om in ieder geval elke dag te eten te hebben. Hij had van de Gemeente een officiële ventvergunning gekregen. Je mocht die niet overal voor gebruiken. Hij had een vergunning om met lompen te venten. Zijn ventvergunning had nummer 1223. Met de lompenkar verdiende hij het meest. Je kreeg van de Gemeente ook een bepaalde wijk aangewezen. Je mocht dus niet overal komen met je kar.

Een en ander betekende wel dat zijn handen soms jeukten als hij zag dat er met fruit of bloemen meer viel te verdienen. Soms moest hij genoegen nemen met een kleine winst, een andere keer had hij een mazzeltje. Maar achteraf gezien, waren vooral de jaren dertig erg moeilijk. Het gaat dan echt op en af met de inkomsten. In januari 1931 kregen we bezoek van een ambtenaar van de Gemeentelijke Dienst voor Maatschappelijken Steun. Mijn vader vertelde hem dat de periode van Kerst en Nieuwjaar erg slecht was en dat hij nauwelijks iets had verdiend.

De ambtenaar bevestigde dit in zijn verslag. Tevens constateerde hij dat de drie kinderen geen ‘dekking’ hebben. Hij doelde op het feit dat er onvoldoende dekens waren. Er wordt een bedrag van 11,65 gulden voor ons gereserveerd voor dekens. Mijn vader krijgt tevens een extra handelsgeld van 20 gulden.

Sappelen blijft het en met toestemming gaat hij naast de lompen ook met fruit en soms met bloemen uit venten. Dat het niet echt goed gaat, blijkt uit het dossier. Er wordt weer gesproken van huurschuld, er is beleend en er zou een schuld uitstaan bij bakker Levison. Gelukkig zijn de ambtenaren, zo blijkt uit het dossier, erg begaan met ons gezin!

Dit verhaal is mede gebaseerd op het dossier van S. Suesan (de vader van Katharina Blog-Suesan), bron: Gemeentearchief Amsterdam.

 

Voor alle verhalen: Katharina Blog-Suesan inhoudsopgave

Alle rechten voorbehouden

1272 keer bekeken

Bekijk meer afbeeldingen

Vader gaat op stap! Als Ajax thuis speelde ging mijn vader met enkele vrienden naar De Meer. Hier kwamen ze onderweg een paar en wagen tegen. Zij waren niet te beroerd om een beetje te dollen. <br />Samen met Machiel Wertheim, Michel Bloemendaal en Isaac Grishaver zit mijn vader op de kar. Allen hebben de oorlog overleefd!<br />Bron: privé archief van Elisabeth De Boer-Suesan.

Vader gaat op stap! Als Ajax thuis speelde ging mijn vader met enkele vrienden naar De Meer. Hier kwamen ze onderweg een paar en wagen tegen. Zij waren niet te beroerd om een beetje te dollen.
Samen met Machiel Wertheim, Michel Bloemendaal en Isaac Grishaver zit mijn vader op de kar. Allen hebben de oorlog overleefd!
Bron: privé archief van Elisabeth De Boer-Suesan.

Alle rechten voorbehouden

2 reacties

Voeg je reactie toe
Redactie

t.a.v. Reina Pampel - Kuiper

Nieuwsgierigheidsvraagje...
Weet je toevallig ook hoe deze plastic fabriek heette of waar hij gevestigd was?

Gr.,
Ron de Wit

Reina Pampel-Kuiper

Reactie op Katherina-Blog's artiekel

Mijn naam is Reina Pampel-Kuiper. Ik was een vriendinnetje van Geesje Suesan. Ik was als kind aan huis bij de Suesan's. Geesje moest eerst altijd aardappels schillen voor wij Woensdag middag naar het badhuis gingen in de Lineasstraat.(niet goed gespeld).
Na de oorlog werkte Geesjes zuster op een plastic fabriek en kregen wij alle kleina afknipsels van alle velle kleuren plastic, die we dan als strikjes in ons haar deden. Ik woonde in die tijd op het Afrikanerplein, boven de bakker Verwerda. In 1955 ben ik met mijn man (was 2 weken getrouwd) naar Australia vertrokken. Mijn ouders zijn naderhand ook gekomen. Bijde ouders zijn overleden, maar mijn broer met zijn Familie woont ook in Australia, en ook de familie van mijn man zijn geemigreerd naar Australia. mijn man is jammer genoeg 9 jaar geleden overleden. Katharina Blog-Suesan was volgens mij de oudste dochter, en zij en haar mijn hadden na de oorlog een stoffen zaak