Ik zal een jaar of elf zijn geweest toen ik hoorde van de komst van mijn zusje. Toen zij werd aangekondigd, wilde ik het huis uit. Ik had op school iets gehoord waar ik toch wel boos over was. Omdat ik gewend was thuis alles te vertellen zei ik tegen mijn moeder: ‘Jullie hebben het gedaan’.
‘Wat hebben we gedaan?’, vroeg mijn moeder. Ik vertelde dat ik school had verteld dat ik een broertje of zusje zou krijgen. Toen zeiden de kinderen: ‘Nou, dan hebben je vader en moeder het gedaan’. ‘Wat hebben jullie dan wel niet gedaan?’ De reactie van mijn moeder was dat ik dat maar aan mijn vader moest vragen als hij thuiskwam. Ik was best een beetje boos, we hadden soms nauwelijks eten op de plank, we hadden bijna niks.
’s Avonds, aan tafel zei ik dat ik het huis uit wilde: ‘Ik wil het niet hebben dat jullie het doen’. ‘Heb je dat gehoord’, zei mijn moeder: ‘De oudste gaat het huis uit’. ‘Oh, gaat ze het huis uit, waar gaat ze dan wonen?’, was de reactie van pappa. ‘Ja’, zei ik: ‘de kinderen op school zeggen dat jullie het hebben gedaan, dat wil ik niet en weet ik veel’.
Toen mijn zusje Geesje werd geboren, op 29 augustus 1932, vroeg mijn vader op een plagerige toon: ‘Is de oudste er nog niet uit?’. Ik was helemaal overstuur, zo had ik het allemaal niet bedoeld. ‘Ik wil hier blijven wonen’ riep ik snikkend. Ik was al helemaal gek op die meid. Ik heb tegen mijn moeder gezegd: ‘Mam, ik ga voor d’r zorgen hoor, ik zal altijd met haar gaan wandelen’. Dat heb ik ook altijd gedaan. Tot op de dag van vandaag zijn we heel goed met elkaar.
Voor alle verhalen: Katharina Blog-Suesan inhoudsopgave