Buurtkinderen en hun straatspelletjes

Tijdens de dageraad op de zaterdag voor Pinksteren liepen we allemaal achter trompetteraar Kees Meijer aan om Luilak te vieren. Maar een politie-jeep verstoorde onze luidruchtige optocht en nam Meijer's zwarte trompet in beslag! Wat een domper!

Verteller: Wilhelm Carton
1 Fan
Willem Beukelstraat
Tijdens luilak vieren was behalve deurknoppen vastbinden ook fietsen opgestapelen in een portiek, een geliefde bezigheid

Tijdens luilak vieren was behalve deurknoppen vastbinden ook fietsen opgestapelen in een portiek, een geliefde bezigheid

Schuin boven de winkel van Deudekom woonde Toos Ooms. Zij had Clary’s leeftijd. Maar ze was rooms, dus was geen vriendinnetje. Evenmin als de opgeschoten dochters Veltman tegenover ons huis. Clary speelde met Noortje Wanders en Emmy Schmidt die om de hoek in het doodlopende stuk Simon Stevinstraat woonden, en met Agatha Rintjema van de overkant. Ikzelf speelde in de tuin dwars door de verticale schuttingopeningen met Elly Ketting en met m’n buurmeisjes Marijke en Erda Huizinga. Op straat speelde ik met allemaal oudere jongens, die bij Clary in de schoolklas zaten: Hannie van Krimpen, Dickie van Laar, Appie van Donselaar, Hans Huis in’t Veld, Paul Koopman. We speelden ‘trammetje’, en renden over de zelfgetrokken krijtstrepen de straat door, altijd vanaf het beginpunt voor ons huis. Naast ons huis liep de streep langs de stoeprand omdat mw Kruimer geen krijtstrepen op haar trottoir tolereerde. De langste route die wij éénmaal maakten, liep naar de Ringdijk, langs het koffiehuis en kapper Hagevoort helemaal tot aan de taxistandplaats op de dijk bij de brug naar de Linnaeusstraat, waarschijnlijk in 1949.
Tijdens de dageraad op de zaterdag voor Pinksteren liepen we allemaal achter trompetteraar Kees Meijer aan om Luilak te vieren. Maar een politie-jeep verstoorde onze luidruchtige optocht en nam Meijer's zwarte trompet in beslag! Wat een domper!  Dat lokte kattekwaad uit, want de grote kinderen gingen in de Simon Stevinstraat de deurknoppen van voordeuren aan elkaar binden, zodat bewoners er niet uit zouden kunnen...
Andere spelletjes: toernooitjes voetballen, ‘overschieten’, koppen of stompen, hele ‘kampioentjes’. De wedstrijdjes vonden altijd plaats op het brede trottoir voor ons huis. Tegen Dickie van Laar speelde ik in 1949 een wedstrijdje ‘overschieten’ op elkaars doel (tussen de muur en boom bij de stoeprand).
Toen werd ik binnengeroepen met het bevel “we gaan eten”. “Nog één schot”, riep ik terug en dat was een schot van mij gevolgd door een schot van Dickie. Dickie was links. Hij schoot een rare ‘punterbal’. De bal schampte dreunend het bovenraam van onze huiskamer dat in scherven viel. Ruit ingeschoten! Pappa lag ziek in pyjama thuis en was woedend.
Hans Huis in’t Veld was enig kind en woonde met z’n ouders en opa’tje Susan in het hoekhuis Willem Beukelsstraat / Simon Stevinstraat. Met hem perste ik in de lente “rozenwater”, reukwater van rozenbladeren... (Decennia later baatte Hans met z'n vrouw een parfumeriewinkel in de Van Woustraat uit.)
(Klik hier voor deel 6)
Alle rechten voorbehouden

274 keer bekeken

2 reacties

Voeg je reactie toe
Jo Haen - van Langen

Leuke verhalen Wil

Beste Harm,

 

Een kleine correctie: Toos heet geen Ooms maar Oomes.

Vr.groeten, Jo Haen

Harm Piek

Leuke verhalen Wil

Je noemde je buurmeisje Toos Ooms.
Zij touwde met Henk Kuijt en verhuisde net als jullie naar de Newtonstraat, waar zij nog altijd woont op nr. 85