Joke, mijn vrouw, ging als kind geregeld op bezoek bij tante Co en ome Toon op de Kramatweg. Tante Co was een goeierd. Ze was getrouwd met Toon Troelstra, inderdaad familie van de socialistische leider die aan de wieg stond van de SDAP. Het echtpaar bleef ongewenst kinderloos, net als zijn zus in Zoelmond in de Betuwe. Dat betekende voor Joke twee keer per jaar een trip met tante Co naar de boerderij van ome Toon z’n zus en zwager. In de zomervakantie een week en in het voorjaar een dag.
De vader van Joke bracht haar dan naar tante Co, die op drie hoog woonde. Het nummer weet Joke niet meer. Daar sliep ze dan in haar ‘eigen kamer’, zodat ze de volgende morgen vroeg naar het Muiderpoortstation konden voor de trein naar Culemborg.
Daar vandaan liepen ze naar Zoelmond, want tante Co hield van wandelen. De bus nemen vond ze zonde. Joke kan zich nog goed herinneren dat het een flinke tippel was. ’s Middags kregen ze een warme hap en mocht ze met het buurmeisje en de pasgeboren biggetjes spelen.
Als ze daar ’s zomers een week verbleef, mocht ze ook de koeien melken. Op het prikbord hangt nog een haarscherpe foto van Joke zittend op een krukje, terwijl ze een koe aan het melken is. Geweldig voor een stadsmeisje. Was het boerderijbezoek maar een dag, dan betekende dat ’s avonds na de broodmaaltijd dezelfde route naar het station in Culemborg. En dan kon Joke even lekker ‘knorren’ in de trein.