Clubjes

Kind in de 1e Atjehstraat

Het wijkgebouw ingang 1e Atjehstraat

Het wijkgebouw ingang 1e Atjehstraat

Als kind had je nog niet zoveel in de jaren 60. Televisie was er wel, maar lang niet iedereen had er een. Verder was kindertelevisie enkel op zaterdag en woensdagmiddag. Wij speelden meer buiten, maar er waren ook clubjes. En die clubjes werden meest gehouden in buurthuizen. Nou waren die jaren, nog de jaren van de verzuiling, dus iedere stroming had zo zijn eigen buurthuis.
Ik was gereformeerd en we gingen naar de Funenkerk. (die stond net buiten Oost tegenover de molen de Gooyer)
In de 1e en 2e Atjehstraat had de Funenkerk een buurthuis. Eerste Atjehstraat 58 en tweede Atjehstraat 55. De twee panden waren met elkaar verbonden. In de Eerste Atjehstraat waren meer de kleine ruimtes waar de clubjes werden gehouden en aan de Tweede Atjehstraat was een grote zaal.

Het eerste clubje waar ik lid van werd, was het clubje van mevrouw Bax. Ze was al ouder, ik denk dat ze rond de 70 was, maar dat kan ik ook mis hebben. In de ogen van een kind is iemand snel oud.
Het was een handwerkclubje en ik was een jaar of 5 denk ik. Ik was een van de weinige kinderen van de kerk en dat werd me ook wel duidelijk gemaakt. Als ik op mijn knietjes op de stoel zat om alles beter te zien, werd er gezegd: Jij bent van de kerk, jij moet het voorbeeld geven."
Er werd als je binnenkwam gebeden en uit de kinderbijbel voorgelezen. Daarna werd er gehandwerkt. Breien , haken en borduren.
Toen ik wat ouder werd, had ik daar totaal geen zin meer in.
Ondertussen was ik wel lid geworden van een kinderkoor. (wie me nu hoort zingen kan dat niet geloven)
We repeteerden in de grote zaal van het gebouw.
En eens per jaar was er een grote uitvoering in het concertgebouw met alle koren.
Ik herinner me nog het lied dat we dan bij aanvang zongen:
Het koor van ovtava de jeugd van octava, wij komen hier samen, groot en klein.
Er was ook altijd een artiest. Ik herinner me Martine Bijl. die bij opkomst een trede oversloeg en naar beneden viel. Grote schrik, maar gelukkig had ze niets. Ze zat te snikken van het lachen daar op het podium.

Toen ik 10 werd, werd ik lid van een avondclubje. Ik weet nog de leidsters, ze waren vlot en jong. We hadden grote pret. Maakten kleding van kranten en vuilniszakken en liepen dan een modeshow over de tafels.
Soms deden we gewoon spelletjes of zaten de hele tijd te kletsen.
Eens per jaar gingen we van de contributie die we betaalden op stap.
Pannenkoeken eten of naar de bioscoop. Simpele dingen, maar we waren niet verwend dus het was altijd bijzonder.

Heel kort heb ik nog op een schaakclub gezeten. Die was in een zaaltje bij de Christus Koningskerk in de James Wattstraat.
Mijn buurjongen en beste vriendje was sinds hij het leerde van zijn oom, dol op schaken. Hij leerde het weer aan mij en op een dag vertelde hij van de schaakclub waar hij nu al een paar keer was geweest. Of ik ook meekwam? Het leek me leuk en zijn moeder bracht en haalde ons met de auto.
De eerste keer viel ik middenin een toernooi. Ik moet eerlijk zeggen, ik wist soms amper wat ik deed. Maar ik wist alle partijen te winnen en stond in de finale. Dat was me wat. het enigste meisje die dag en ook nog in de finale. Iedereen stond om ons heen, en in ene hoorde ik mijn tegenstander sissen, zet die nu niet. Ik wilde al snel iets anders doen. Maar toen begon iedereen te juichen. Ze heeft hem, ze heeft gewonnen. Ik snapte er niets van, maar was wel trots. En Erik maar roepen dat hij mij alles geleerd had.
Maar na een tijdje vond ik het niet zo leuk mee, als enige meisje. Er werden door sommige ook opmerkingen gemaakt dat ik daar niet thuishoorde.

Ik zat ook op handballen. Dat kwam eigenlijk door mijn jongste oom. Hij zat op voetbal en er was een tekort aan leden. Dus ging hij de familie rond. Mij leek het wel leuk, en hij wist mijn ouders zo gek te krijgen dat het mocht. Wel met moeite want de wedstrijden waren meest op zondag en ja mijn moeder en de zondagsrust.
Maar ik mocht en bij Cambach op de hoek van de Atjehstraat werd mijn outfit geregeld. Sportschoenen, een witte korte broek en een paars shirt met witte mouwen. Natuurlijk kniekousen ook in wit en paars.
Oriënt speelde in Noord net even over de brug. maar er waren ook veel kinderen uit Oost.
Ik heb daar 3 jaar gespeeld, en nee ik was geen ster, maar het was gewoon leuk.

Tegenwoordig zitten kinderen wel vaak op een sportclub, maar verder is er niet veel meer denk ik. De digitale tijd , mobieltjes en spelcomputers. Soms denk ik wat jammer. Maar de tijden veranderen nu eenmaal. De herinneringen blijven.

De foto's komen van Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam. Foto 1 is het gebouw in de 1e Atjehstraat. en Foto 2 hetzelfde gebouw ingang 2e Atjehstraat. Helaas bezit ik geen een foto van de clubjes waar ik op zat.

Alle rechten voorbehouden

325 keer bekeken

Bekijk meer afbeeldingen

het wijkgebouw ingang 2e Atjehstraat

het wijkgebouw ingang 2e Atjehstraat

Arie Copier

Meidenclub

Mijn vriend Cor Jans en ik zijn in de 1946-1947 geboren in de Eerste Atjehstraat. Wij waren nieuwsgierig wat er zoal gebeurde in dat gebouw. Toen we wilden kijken mochten we er niet in omdat er op dat ogenblik een activiteit alleen voor meisjes was. Niet getreurd, wij snel naar huis, ons een beetje opgemaakt, hoofddoekje om en weer terug. We werden wel toegelaten, maar vielen al gauw door de mand omdat we herkend werden door enige meisjes. We konden nog net voor we gepakt werden luid lachend het zaaltje weer uitrennen.