Mijn oma was dol op mij, zeiden ze. Ik had meer de indruk dat ze me een vreemde kwibus vond. Soms voelde ik hoe ze me bekeek en dan dingen zei zoals: 'Drogerijstkoker' of 'Eénmoersganger'. Voor mijn vreemde gedrag had zij zo haar eigen jargon.
We hadden een merkwaardige verhouding. Andere jongens hielden van hun oma omdat ze lekkere appeltaarten bakte, of omdat ze niet één maar twee kwartjes zakgeld gaf. Mijn genegenheid vond zijn oorsprong ergens tussen bewondering en medelijden, al zou geen mens dat hebben begrepen. Bij de meesten riep mijn grootmoeder gevoelens op zoals een diepe afkeer of ronduit haat. Ze kon zó keihard zijn dat het mensen pijn deed en dat was ver voor mijn geboorte ontstaan. In de grote crisis, begin jaren '30, raakte mijn opa werkeloos. Eerst werd de oudste zoon, mijn vader, van school gehaald om de kost te gaan verdienen, maar dat leverde natuurlijk niet genoeg op om een gezin van zes mensen te onderhouden. Oma ging er zelf op uit om werk te zoeken.
Als ik 's ochtend om 9 uur tussen mijn vriendjes de school op de Zeeburgerdijk in liep, kwamen we mijn oma tegen, aan elke arm een zware kolenkit. Meestal keek ze niet, maar soms kreeg ik als blijk van herkenning een klein knikje. Later wist ik dat daarmee een soort code tussen ons was afgesproken: binnen de schoolmuren kenden wij elkaar niet, erbuiten bestond de school niet.
De enkele keer dat ik bij haar logeerde maakte ze lekkere hapjes voor me en kreeg ik roomboter op mijn brood.
Is dat je oma? vroegen mijn vrienden en vanaf dat moment wist iedereen dat de zwetende mevrouw in het werkschort mijn oma was.
Ze zal niet hebben geweten hoe trots ik op haar was wanneer alles in de klas blonk en glinsterde. Of als de herfststorm tegen de ramen beukte en de reusachtige kachel rood en bijna doorzichtig stond te loeien, dan mijmerde ik weg. Dat heeft oma toch maar mooi gedaan! Zo heeft ze bijna dertig jaar hard gepookt, zoals ze dat zelf noemde.
Ik was allang van school toen mijn ouders midden in de nacht werden gebeld. Politie. Op de Haarlemmerdijk was een oude dame in haar nachtjapon aangetroffen. Ze zegt dat ze Sientje Koch heet en dat ze helemaal uit Oost komt. Bent u familie?