Op de begane grond onder mijn woning woonde al een tijdje een wat oudere man, oorspronkelijk uit Brabant afkomstig. We hadden elkaar wel eens gesproken, zoals buren dat in het voorbijgaan plegen te doen, maar verder hadden we geen contact. Zo af en toe bezocht hem een vriend, die een opvallende gelijkenis vertoonde met professor Zonnebloem uit de Kuifje albums. Verder niets bijzonders, een onopvallende man in een rustige straat. Totdat op een morgen meerdere politiewagens voor de deur stonden en er voortdurend agenten en rechercheurs in en uitliepen en er, geruime tijd later, een ingepakt lichaam naar buiten werd gedragen en in de speciale ambulance werd afgevoerd.
Even later werd er bij mij gebeld en een wat vermoeid ogende rechercheur nam plaats aan mijn keukentafel in de hoop wat aan de weet te komen. Ik kon helaas weinig voor hem betekenen, maar na een tijdje wist ik meer over de zaak dan ik hem had kunnen vertellen. Op droge toon beantwoordde de rechercheur de meeste van zijn eigen vragen: “Hoe lang zou de man daar gelegen hebben? Niet zo lang want hij was nog niet zwart… De doodsoorzaak? Ingeslagen schedel…Dronk hij? Het huis stond vol kratten…”
Ook de seksuele voorkeur van het slachtoffer kwam uitgebreid aan bod, iets waarover ik ook nooit zo had nagedacht.
Uiteindelijk vertrok de man weer met vermoeide tred, de politieauto’s reden weg. Later hoorde ik dat de man uit het Kuifje album de vermoedelijke dader was. Ik heb hem ook nooit meer voorbij zien komen.
September 2014 was er rookontwikkeling in een woning aan de overkant. Omdat er niemand opendeed, wilde de brandweer door het raam driehoog naar binnen. Toen bleek er toch iemand in de woning aanwezig. De oorzaak van de rook was (heel erg) aangebrand eten…