Hoewel er niet al te veel kranten geschreven hebben over het bezoek van de Bedoeïenen naar Amsterdam, moet het toch veel indruk hebben gemaakt. Het was dan ook niet een alledaags bezoek. In ieder geval blijkt uit de diverse affiches of plakkaten die ik gevonden heb bij het Stadsarchief Amsterdam (bron: Klein Materiaal) dat er extra voorstellingen werden ingelast.
Maar op 28 mei 1892 komt er definitief een einde aan dit bijzonder bezoek. Op deze maandagavond in mei wordt er een speciale afscheidsvoorstelling georganiseerd die met ‘zorg werd uitgevoerd en uitmuntend van stapel liep’, aldus Het Nieuws van den Dag (kleine Courant). Alsof het niet genoeg was stelden de Bedoeïenen zich daarna op in een lange rij voor het publiek. Om te vertalen naar hete hedendaagse, het leek alsof de spelers met vreugde afscheid namen na een geslaagde voetbalwedstrijd. Er werd een woord van dank aan het publiek toegeroepen, wel in de eigen taal. Maar ik vermoed dat het wel is overgekomen.
Daarna volgen nog een indrukwekkend slotakkoord toen de Arabieren hun geweren afschoten en ‘voerden te paard enige keurige evolutiën uit’. Evolutiën zijn bewegingen die gedurende een gevecht kunnen worden uitgevoerd. Volgens eerder genoemde krant viel een ander bijzonder in smaak bij de aanwezige toeschouwers. Om deze slotmanifestatie kleur bij te zetten, was er ook een muziekcorps opgetrommeld. Zij speelde de laatste noten en onder de tonen van ‘Wien Neêrlandsch Bloed’ verlieten de bezoekers het terrein.
De woestijn in de stad zoals een krant eerder in de maand mei schreef werd weer een gewone zandvlakte. De palmbomen (waren het echte?) verdwenen net als de tribunes, de tenten en de andere bouwsels. Het terrein werd weer een speelterrein van de kinderen. Een paar dagen na dit afscheid vertrokken de Bedoeïenen naar Rotterdam. Opvallend genoeg is daarover echter niets van terug te vinden.