Ergens in februari of maart 2017 wordt het kunstwerk, of moet ik het toch een monument noemen, langs de Tugelaweg talud onthuld. Ik ben niet aanwezig, ik heb de officiële uitnodiging aan mij voorbij laten gaan.
Daarna begint een lang proces van welles – nietes. Ik wil nu eigenlijk wel eens weten waarom er geen enkele verwijzing is naar de bron, naar het Geheugen van Oost. Daarnaast heb ik aan zowel de WBV als aan de dichter laten weten dat een zekere mate van vergoeding richting mij of aan het Geheugen van Oost op zijn plaats is.
Mijn stelling is namelijk dat de door de dichter gefabriceerde tekst zeer sterk gebaseerd is op mijn verhalen die ik gepubliceerd heb op de website van het Geheugen van Oost.
In eerste instantie heb ik ik het via de zogenaamde minnelijke weg willen regelen. Maar zowel de dichter als vooral de WBV willen er niets van weten. Zij beweren dat mijn auteursrecht op geen enkele manier is geschonden. Ik heb dit in eerste instantie voorgelegd aan de mensen van auteursrecht.nl.
Hun reactie: “Degene die een originele tekst geschreven heeft is de auteursrechthebbende. Voor overname van een (deel van een) auteursrechtelijk beschermde tekst is de toestemming van de rechthebbende nodig. De rechthebbende heeft het recht aan zijn toestemming financiële voorwaarden te verbinden. Hij kan er ook voor kiezen om zijn werk gratis ter beschikking te stellen voor een bepaalde vorm van gebruik. Dat is aan de rechthebbende zelf. En het staat de gebruiker natuurlijk vrij om wel of niet op die voorwaarden in te gaan, het is een kwestie van onderhandeling.
Een geïnterviewde is in de regel niet degene die de tekst van het interview schrijft, en is dan ook geen auteursrechthebbende. Wie niet over de auteursrechten beschikt, kan geen vergoeding claimen op grond van auteursrechten. Overigens, als in het interview een stuk tekst is opgenomen dat door de geïnterviewde is gemaakt, een citaat bijvoorbeeld, dan is die persoon als auteur wel rechthebbende op zijn eigen stukje tekst.”
Daarna heb ik een advocaat ingeschakeld. Volgens de advocaat heb ik een sterke zaak, maar de WBV rekt en rekt. Na een jaar trek ik de stekker uit het conflict, een rechtszaak zie ik niet zitten.