Ik pas.....

Mijn korte carrière op de Frankendael MULO

Verteller: Annie Kropveld-Plas en David Kropveld, Amsterdam 1960-foto P.Kropveld Peter Kropveld

In 1966 werkte Peter Kropveld een paar maanden als invaller op de Frankendael MULO aan de Pieter Artzeniusweg in Watergraafsmeer. Het werd een onvergetelijke ervaring.

MULO Mr. P.N. Arntzeniusweg 90-92 
School voor uitgebreid lager onderwijs en gewoon lager onderwijs. Rechts de Copernicusstraat.  Foto: Stadsarchief Amsterdam


MULO Mr. P.N. Arntzeniusweg 90-92 
School voor uitgebreid lager onderwijs en gewoon lager onderwijs. Rechts de Copernicusstraat. Foto: Stadsarchief Amsterdam


Mijn korte carrière op de Frankeldael Mulo

In Maart 1966 kwam ik uit Militaire Dienst. Vlak voor mijn “Groot Verlof”  konden we een woning huren aan het Oosterpark. Net op tijd om te verhuizen met mijn militaire Daf- drietonner.  Daardoor eindigde mijn dienstplicht met twee weekenden “licht Arrest”, dus verplicht in de kazerne in Haarlem blijven. De kapitein geloofde niet, dat ik de hele middag motorpech had gehad en het euvel zelf had kunnen repareren. Terecht durf ik toe te geven want deze misstap uit 1966 lijkt me nu wel verjaard.

Na de verhuizing en het behangen van de woning vroegen Yvonne en ik ons af hoe we die zomer met vakantie konden?

Aan het werk dus. Ik had het diploma voor onderwijzer en studeerde voor de lagere akte Engels. Dus toen ik in Het Schoolblad een advertentie zag, waarin een invalleraar gevraagd werd op de Frankendael Mulo melde ik mij gelijk aan.

Het werd de onvergetelijke start van een lange onderwijs carrière van ruim veertig jaar.

Onvergetelijk en dat lag niet aan het gebouw. Een prachtig klassiek schoolgebouw uit de jaren dertig aan de Pieter Arntzeniusweg in Watergraafsmeer. Tien minuten met de brommer vanaf het Oosterpark. Mijn aankomst verliep niet onopgemerkt. Door een groepje leerlingen, die voor de school stonden te roken werd ik hartelijk uitgelachen. Een NSU Quickly zonder achtervering, die hebben we lang niet gezien hier hoorde ik. Eenmaal in de gang  met de brommer stond de directeur, de heer Marinus mij knorrig op te wachten. Dus U bent de invaller voor meneer Vlietstra? Ik zal U maar meteen vertellen, dat we hier niet met de brommer over de stoep rijden. Dat mogen de leerlingen niet en de leraren al helemaal niet.  Nadat ik van de directeur mijn rooster had gekregen zocht ik lokaal 32 op de tweede verdieping om mijn eerste les Aardrijkskunde te gaan geven. Toen ik het lokaal binnenkwam zat een groep jongens te kaarten. “Ik pas”, hoorde ik. Het was hetzelfde groepje ,dat buiten niet onder de indruk was geweest van mijn brommer. Ze waren nog steeds niet onder de indruk. Je komt hier toch geen les geven in plaats van Vlietsta, want daar zitten we niet op te wachten zei ene Rob, die twee hoofden boven mij uitstak toen hij opstond. Ik begreep dat mijn bescheiden postuur hier duidelijk een nadeel was. Dan ga je hier toch je volgende les voorbereiden zei Rob. Of je luistert naar een bandje van Frank Sinatra, want daar hou je vast wel van. Wij zijn bezig. Na het kaarten werd er uitvoerig gediscussieerd over het nieuwste type Kreidler brommer. Ik begreep dat ik te maken had met het bestuur van de Kreidler Ploeg Oost. Natuurlijk had ik er geen idee van, dat die groep zich later zou ontwikkelen tot de Amsterdamse Hells Angels motorclub.

Dat ik te maken had met een problematische groep leerlingen werd mij in de periode tot de zomervakantie wel duidelijk. De overige leerlingen van klas 3C hielden zich muisstil voor de Kreidler groep. Aan lesgeven kwam ik niet toe. Toen ik de problemen van klas 3C wilde bespreken in de lerarenvergadering zei de directeur, ja inderdaad, alle beginnende leraren hebben het moeilijk in die klas. Vlietstra kon ook al geen kant met ze op. Kun je koffiekan even doorgeven? Samen met de tekenleraar en de gymnastieker hadden invallers geen recht van spreken en mochten ze hooguit koffie inschenken. Tijdens de ouderavond kwamen de ouders van Rob naar me toe. We weten ons geen raad. Hij is alleen maar met die brommer bezig. En met die Kreidlervrienden natuurlijk. Weet U wat we moeten doen want zo wordt het niets met zijn MULO diploma? Ik wist het ook niet.

Na de zomervakantie bleek Vlietstra hersteld en kon ik een baan krijgen op de A.H.Gerhardschool voor Moeilijk Opvoedbare Jongens. Alweer in Oost aan de Valentijnkade in de Indische Buurt. (zie Geheugen van Oost)  

Een verademing.

Peter Kropveld

P.S Tot mijn stomme verbazing werd ik vorige week gebeld door Rob. Vanuit La Palma, een van de Canarische Eilanden. Hij is nu manager van een groot hotel dus het is toch nog goedgekomen met hem zonder MULO diploma. Hij was mij tegengekomen op Geheugen van Oost en wilde me vertellen, dat ik de enige leraar was waaraan hij hele goede herinneringen had.

Alle rechten voorbehouden

2263 keer bekeken

Louis Biesbrouck

Mijn jaren op de Frankendael

Ik was in mijn jeugd nogal speels en bracht op straat meer uren door, dan met huiswerk maken. Ik zat op de Linnaeusschool bij meester van Harten. Deze gaf mij het advies om naar de ambachtsschool te gaan. Ik zei, dat ik dat niet wilde en dat ik wilde doorleren en naar de MULO wilde. Zijn opmerking was: dat haal je nooit. Enfin ik ging in 1949 naar de Frankendael en heb de school in 4 jaar doorlopen. Mijn rapporten zagen er niet uit, maar tegen de tijd, dat ik moest overgaan, ging ik in de versnelling en ging toch ieder jaar over. Uiteindelijk zat ik in de 4e klas en had van de 13 vakken 11 onvoldoendes. Alleen zingen en gymnastiek was voldoende. Mijn ouders hadden een strandhuisje op Zandvoort en ik ging iedere dag met mijn boeken de duinen in en stampte alle wijsheden in mijn hoofd. Resultaat was, dat ik geen schoolgetuigschrift kreeg, maar wel slaagde voor mijn DIPLOMA! Hierna heb ik in de avonduren vele diploma's gehaald, zoals Middenstands, boekhouden, MBA, SPD I EN II en was bezig met MO boekhouden, toen een vriend(Rudy v.d. Wetering) van mij aangaf, dat hij net afgestudeerd was als Meester in de Rechten, maar zijn scriptie nog niet had ingeleverd, daar hij anders zijn studiefinanciering terug moest betalen. Ik zei, dat ik dat ook wel gewild had, waarop hij mij meenam naar de Universiteit van Amsterdam en mij de collegezaal toonde. Daar ging ik de colleges bijwonen en 's avonds naar werkgroep. Mijn naam kwam daar nooit in voor en telkens werd mijn naam erbij geschreven. Toen ik mijn vriend aangaf, dat ik dit allemaal wel kon volgen, heb ik colloctium doctum aangevraagd, waarvoor ik slaagde en vanaf januari mocht ik als gewoon student de colleges volgen. Dit was in 1972/73. Enfin in 1979 afgestudeerd als Fiscaal jurist. Grappig was, dat mijn vriend Rudy later dan ik zijn diploma Meester in de Rechten kreeg, doordat hij toen pas zijn scriptie ingeleverd had.

Mr. van Harten was nog altijd een glazenwassersklant van mijn vader en hij vroeg altijd aan hem, hoe het met mij ging. Toen ik op kantoor van het schoonmaakbedrijf zat, stapte Mr. van Harten binnen en zei: wat heb mij enorm in jou vergist. Jij bent geworden, wat ik ben geweest: Meester(in de rechten)! Uiteraard heb ik dat enorm gewaardeerd.

En nog altijd heb ik de Frankendael een enorm fijne school gevonden, die de basis heeft gelegd voor mijn latere leven.