Kastanjeplein 3 – Toevluchtsoord

Over Marco en Achem.

Verteller: Portret Samuel Cohen.2.JPG Samuel Cohen
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht

 

 

Met de komst van Marco Gandelman begon een constante stroom van gasten die in ons huis verbleven. Moeder deelde mee dat een ieder die bij in ons huis zou verblijven, opgenomen moest worden in het gezin. Opnemen betekende voor haar dat alle rechten en plichten ook voor hen zouden gelden.

Mordechai Chaim (Marco) Gandelman. Uitsnede uit de schoolfoto van de Joodse HBS, Mordechai Chaim (Marco) Gandelman. Bron: www.joodsmonument.nl

Mordechai Chaim (Marco) Gandelman. Uitsnede uit de schoolfoto van de Joodse HBS, Mordechai Chaim (Marco) Gandelman. Bron: www.joodsmonument.nl

Na Marco kwamen de vluchtelingen uit Duitsland, Joodse mensen die in Duitsland ‘niet langer gewenst waren’, altijd jonge mensen. Maar het waren niet alleen vluchtelingen, ook Hollandse jongeren die om welke reden dan ook een tehuis zochten. Eén van hen was Menachem Asscher (Achem genoemd)  de zoon van de schrijfster Clara Asscher-Pinkhof. Achem studeerde piano aan het conservatorium. Thuis moest hij ook veel studeren, dat betekende voor mij dat ik mij moest richten op de tijden dat de piano vrij was. Achem was daarnaast voor mij een belangrijke inspiratie, dat kwam vooral ook door de manier waarop hij een menig onomwonden kon verwoorden. Hij had felle kritiek op de gangbare normen en ageerde tegen blinde gehoorzaamheid. Achem maakte niet alleen indruk op mij, maar ook op mijn zus Keetje. Op 16 april zou zij met hem trouwen. 

Menachem (Chaim) Asscher. Pasfoto van Menachem Asscher. <br />Bron: www.joodsmonument.nl

Menachem (Chaim) Asscher. Pasfoto van Menachem Asscher.
Bron: www.joodsmonument.nl

Marco en Achem woonden in bij ons grote gezin. Hoewel ons huis redelijk groot was, moest er toch verbouwd gaan worden. Daarvoor was de toestemming nodig van onze huisbaas, mijnheer Streep. Streep was het prototype van de ware huisjesmelker die geld verdiende door niet te investeren in zijn woningen. Het liefst gaf hij geen stuiver uit, maar mijn moeder wist hem te raken. Zo’n grote familie die door de weduwe met eerlijkheid en vlijt wist te onderhouden, daar wilde hij wel in meegaan. Zo kreeg mijn moeder toestemming om een balkon te laten maken tussen ons huis en de buren. Daar kon de vliegenkast op staan (de ijskast van voor de oorlog) en met Soekot een loofhut  https://nl.wikipedia.org/wiki/Soekot .

De verbouwing voor onze gasten kwam er ook, op zolder werd een bergruimte omgebouwd tot een slaapkamer.

 

Aanvulling:

In haar boek ‘De danseres zonder benen’ vertelt Clara Asscher-Pinkhof het volgende over Menachem, haar zoon:

“Hoe was het mogelijk: we vonden een huis voor hem, net zo als het mijne. De moeder, alleen gebleven met haar grote gezin, had van haar huis een soort jeugdpension gemaakt. Alle weelde, alle overal als noodzakelijk geaccepteerde voorwerpen, ontbraken, maar als centrum troonde tussen de eenvoudige meubels, de piano. Hoe was het mogelijk, een thuis te vinden, war niemand bezwaar had tegen hele dagen studeren – want dat deed Menachem. In het grote gezin van allemaal jonge mensen liet niemand zich in zijn bezigheden storen door oefeningen, oneindig herhaalde maten, die tenslotte een groot muziekwerk opbouwden, door de dagelijkse slavenarbeid, die alleen de ernstige musicus kent. Als beloning daarvoor kon er opeens een huisconcert ontstaan, als Menachem medestudenten meebracht voor kamermuziek.”

Terug naar de inhoudsopgave.

Alle rechten voorbehouden

337 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe