De families van de broers Moos en Jacob Cohen hebben altijd dichtbij elkaar gewoond. Bij de meeste verhuizingen werd daar goed over overlegd. Het huisadres in de Utrechtsestraat is een uitzondering. Na het overlijden van mijn vader zijn we verhuisd naar het Kastanjeplein, dat was niet direct naast tante Suze. Zij woonde toen al enige tijd op het Boerhaaveplein. Toen het gezin van Samuel naar het Boerhaaveplein verhuisde, woonde tante Suze in de Sarphatistraat. Hemelsbreed lagen beide adressen niet al te ver van elkaar vandaan.
De zusters belden elkaar regelmatig, bijna elke dag. Ook de kinderen konden goed met elkaar onderweg. We zaten allemaal op dezelfde school, soms zelfs bij elkaar in de klas. Op zaterdag en op de Joodse feestdagen zochten we elkaar op en ook in de zionistische jeugdbeweging vonden we een gemeenschappelijk ideaal.
Een ander gemeenschappelijk element was de muziek, hoewel dat ‘bij ons’ sterker speelde. “Moeder, in tegenstelling tot tante Suze, was een geboren musicienne, die er altijd spijt van had dat ze nooit in de gelegenheid was geweest muziek te studeren. Vaak gingen de families samen naar concerten, kaartjes bestelden we gezamenlijk. Er was eigenlijk geen enkel terrein waarop de twee gezinnen elkaar niet de helpende hand boden; als twee goed op elkaar afgestemde muziekinstrumenten.”
Muziek
Muziek speelde inderdaad een grote rol in de beide families, er werd door meerdere kinderen ook een instrument bespeeld. Ook andere familieleden hadden een liefde voor muziek. Zo was er de oom Maurits (Mozes) Coronel die getrouwd was met Anna, de zuster van mijn moeder. Zij kwamen in 1934 terug uit Nederlands-Indië. Oom Maurits was een beroepsmusicus, een solopianist.
Aanvulling Frits: In Nederlands-Indië heeft hij veel opgetreden, via Delpher zijn vele concerten en optredens terug te vinden. Ook in Nederland treedt hij meerdere keren voor de radio op. Daarnaast geeft hij pianolessen.
Anna en haar jongere zuster Sientje waren ook met twee broers getrouwd. Oom Sal (Salomon Coronel), de man van Sientje was geen beroepsmusicus, maar wel een uitstekende amateurviolist. Tante Sien was vooral pianolerares. Regelmatig waren er concerten van de leerlingen van tante Sien. Voor Samuel waren het ‘opwindende en belangrijke gebeurtenissen’. De zalen waar deze concerten werden georganiseerd waren niet al te groot. Maar het heeft grote indruk op hem gemaakt.
Assimilatie
Wat voor de moeder van Samuel een onoverbrugbare kloof was, was haar afkeer van de assimilatie van familieleden. Zij beschouwde het ‘als ogendienst aan niet-Joden’. Maar familie is en blijft familie en hoewel het haar soms veel verdriet deed, wist men vaak toch een acceptabele manier van omgaan te vinden.