Religieuze opvoeding

Verteller: Portret Samuel Cohen.2.JPG Samuel Cohen
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Linnaeusstraat Synagoge  Prentbriefkaart van de synagoge in de Linnaeusstraat in Amsterdam, circa 1927. Bron JHM/JCK

Linnaeusstraat Synagoge Prentbriefkaart van de synagoge in de Linnaeusstraat in Amsterdam, circa 1927. Bron JHM/JCK

 

 

Ons gezin leefde geheel volgens oude religieuze wetten. We hadden een koosjere huishouding, de sabbat werd strikt nageleefd. Mijn vader had een ‘koosjere’ rol met het boek van Esther. Als het Poerim (Poer is Lot in het Oudperzisch, daarom ook wel: Lotenfeest) was kwam hij naast mij zitten en wees telkens met zijn vinger aan waar hij met het voorlezen was. Hij vond het verder ook van belang dat ik Hebreeuws leerde. Ik zag het belang een stuk minder, was daar misschien ook te jong voor. In mijn ogen werd er te weinig rekening gehouden met de ontwikkeling van het kind. Ik vormde alleen maar antistoffen.

Aanvulling Frits: Het lotenfeest herinnert de Joden aan de gebeurtenissen van tijdens de Babylonische ballingschap. Gelukkig kon toen uitroeiing van het Joodse volk verhindert worden door een Joodse prinses Esther, die toen met de Perzische koning was getrouwd en op haar voorspraak liet de koning de vervolgingen stoppen.

Ook de hoofdbedekking werd een bijna onophoudelijke strijd. Volwassenen waren van mening dat je niet blootshoofds kon rondlopen. Ik werd er eigenlijk alleen maar opstandig van. Ooit zou ik dit van mij afwerpen, met een groot gevoel van verlichting.

In huis werd ik geacht een keppeltje te dragen, geacht, want ik herinner mij de regelmatige opmerking: ‘Waar is je keppeltje’? Buiten moest ik een alpinopet op, zonder een dergelijke hoofdbedekking kon je niet naar buiten.

“Er was een verschil tussen de families van mijn vader en van mijn moeder en ook mijn ouders verschilden van elkaar. Moeder was niet minder religieus en volgde onvoorwaardelijk alle religieuze geboden op, maar ook in zaken die voor vader onomstotelijk vaststonden luisterde zij soms naar een innerlijke stem. En hoewel het niet in haar hoofd zou opkomen om te discussiëren, weet ik dat als ze alleen waren, ze wel eens vragen stelde en met hem overlegde.

Vrijdagavond was een belangrijke avond in ons gezin, in elk Joods gezin. Ik weet nog goed, toen ik nog te klein was om mee te gaan naar sjoel, hoe verwachtingsvol ik met mijn zusjes thuis wachtte tot de mannen terugkwamen van het gebed. We zaten in onze mooiste kleding, gewassen en gestreken. De tafel was voorzien van een prachtig wit tafelkleed en bij vaders plaats, aan het hoofd van de tafel lagen de verse challes onder een met geborduurde Hebreeuwse letters voorzien kleedje. Als vader en de oudere broers thuiskwamen, stonden we allemaal bij elkaar om de traditionele zegen van vader en moeder te ontvangen.

Terug naar de inhoudsopgave.

Alle rechten voorbehouden

339 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe