In augustus 1939 krijgt José Maurice een paar ‘schoolschoenen’. Zijn zuster Henriëtte die nog steeds bij dezelfde werkgever in dienst is, is ‘bevorderd’ tot naaister. Zij is niet langer een leerling meer en gaat werken op basis van stukloon. Daarmee krijgt zij net als haar oudere zuster eerder de omschrijving: verdiensten nu voor W uittrekken’.’Het is nog steeds niet duidelijk wat zij met deze omschrijving bedoelen. Wel weet ik dat bij mijn eerdere onderzoeken door de werkgever een overzicht gemaakt werd, voor Het Bureau M.S., met daarop de weeklonen. Weeklonen die sterk afhingen van wat er in die week was geproduceerd.
Verder wordt genoteerd dat Mozes tijdens de controles regelmatig is gezien bij de ‘vacantieschool van de Jonge Pieter Jelles’. De Controleur leidt daar uit af dat hij absoluut niets omhanden heeft.
(aanvulling Frits: De Jonge Pieter Jelles, vernoemd naar Pieter Jelles Troelstra, is een jeugdafdeling van de Arbeiders Jeugd Centrale)
Sportbegeleider
Op 13 april 1940 is er voor het eerst een vermelding van het feit dat Mozes een verdienste heeft als sportbegeleider. Zijn dochter Carla heeft mij in een interview verteld dat hij zelfs een opleiding heeft gedaan, de opleiding ‘Sport en Spel’. Zie hiervoor het verhaal: Sport en spel .
Mozes heeft genoemde verdiensten ook telkens opgegeven. Hij is ‘geleider’ volgens het dossier bij het Amsterdamse Speeltuin Verbond. Tegelijkertijd wordt hij genoemd als voorzitter van de Jonge Pieter Jelles. In die hoedanigheid is hij onmisbaar bij de viering van het aankomende Meifeest. Medeorganisator is de Nederlandsche Arbeiders Sport – Bond (NASB). De NASB vraagt voor Mozes stempelverlof aangevraagd. De mogelijkheid om vroeger te gaan stempelen lijkt zinloos, Mozes is dan te laat voor de geplande activiteiten.
Het advies van de ambtenaar is om dit welwillend toe te staan.