Een onhandelbaar kind

Verteller: Jaap Meents. Jaap Meents
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Danie Theronstraat, Joubertstraat

Het enige wat ik mocht doen was punten slijpen.

Jouberstraat 3-17 (v.l.n.r.). Speelplaats van speeltuinvereniging Het Oosten. Op nummer15 kleuterschool De Klaproos. De Joubertstraat gaat rechts door tot het Afrikanerplein. Uiterst rechts President Brandstraat 76-74 (v.l.n.r.). Uiterst links ingang Reitzstraat. Datering: augustus 1953. Bron: Beeldbank, SAA.

Jouberstraat 3-17 (v.l.n.r.). Speelplaats van speeltuinvereniging Het Oosten. Op nummer15 kleuterschool De Klaproos. De Joubertstraat gaat rechts door tot het Afrikanerplein. Uiterst rechts President Brandstraat 76-74 (v.l.n.r.). Uiterst links ingang Reitzstraat. Datering: augustus 1953. Bron: Beeldbank, SAA.

Alle rechten voorbehouden

Gedurende te laatste oorlogsjaar zat ik op de kleuterschool, maar ik heb daar eigenlijk geen enkele herinnering aan. Die school zat in de Joubertstraat (tegenover de speeltuin). Of het moet een herinnering zijn dat het erg koud was in school. In het laatste jaar van de oorlog was er gebrek aan brandstof.

Van de lagere school kan ik mij in ieder geval nog herinneren dat ik schoolkleding heb gekregen. Niet een uniform zoals in Engeland, maar kleding via de gemeente. Iedereen die in armoede leefde kreeg die kleding voor schoolgaande kinderen. We moesten toen helemaal naar de Van Reigersbergenstraat. We kregen daar onder andere een ribfluwelen pofbroek en schoenen met van die hele dikke witte spekzolen. Via de Joodse Gemeente hebben we ook wel kleding gekregen. We hadden het erg arm in de jaren direct na de oorlog. Mijn vader kwam trouwens ook uit een arm gezin.

Na de kleuterschool ben ik naar de Christiaan de Wetschool gegaan. Het enige wat ik in mijn schoollokaal heb gezien waren twee kasten en dan alleen nog maar de zijkanten. Ik zat namelijk tussen twee kasten in. Het enige wat ik mocht doen was punten slijpen. Ik was ook geen makkelijke jongen toen. Als er iemand voor in de klas iets zei, of de juf er nu toevallig tussen liep of niet, ik ging erop af. Ik pakte mijn inktpotje en gooide dat dan leeg op het hoofd van degene die iets had gezegd. Dan hadden ze waarschijnlijk iets tegen me gezegd dat mij niet beviel. Nee, een makkelijk kind was ik niet. Ik was toen te agressief, onhandelbaar. Ik was niet bang voor de juf. De andere kinderen wel, die doken helemaal in elkaar als ze met haar liniaal door de klas liep. Die waren bang om een tik te krijgen. Mij heeft ze nooit geslagen!

Mijn jeugd was moeilijk, ik had een moeilijke start. Niet alleen de armoede van de jaren dertig, hoewel het aan het eind (ik ben in 1939 geboren) wel iets beter ging.
Maar de oorlogsjaren spelen een belangrijke rol. Ik was net zes toen de oorlog was afgelopen!

-----------------------------------------

Dit is verhaal nr. 9 uit een serie van 34 verhalen verteld door Jaap Meents.
Voor verhaal nr. 10 ga naar Een gewoon gezin

Wilt u een overzicht van al zijn verhalen klik dan linksboven op de naam van de verteller Jaap Meents.

Alle rechten voorbehouden

800 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe