In de jaren kort na de Tweede Wereldoorlog werd als snel duidelijk dat de synagoge erg te lijden had gehad van de oorlog. Het interieur was voor een belangrijk deel gesloopt. Belangrijker was dat een groot deel van de ‘gemeente’ (de kehille) niet was teruggekeerd uit de vernietigingskampen.
Op deze website staan meerdere verhalen over de teloorgang en de sloop. gebruik als zoekopdracht: Synagoge Linnaeusstraat!
In de kranten van de jaren zestig is weinig te vinden over de sloop. Opvallend genoeg wordt in het Nieuw Israëlitisch weekblad van 10-08-1973 gesproken over de sloop van de synagoge in 1957! Andere bronnen spreken namelijk over 1962 (besluit in 1957, sloop in 1962?).
In het jaar 1973 wordt een bovenverdieping van een synagoge in Ramat Gan in Israël in gebruik genomen. Op zich misschien niet zo’n bijzonder bericht, ware het niet dat in deze synagoge een stukje vooroorlogs joods Amsterdam bewaard is gebleven.
In het vervolg van het artikel schrijft de verslaggever (A. Hoffmann):
‘De synagoge werd in 1957 afgebroken. Daarvoor in de plaats werd in november 1956 op de parterre van een flatgebouw aan de Linnaeusstraat 105 een nieuwe synagoge ingewijd. Gebrandschilderde ramen, met uitbeelding van de tien geboden en koperen hekwerk van de oorspronkelijke synagoge waren toen al naar Ramat Gan overgebracht. Uit piëteit tegenover de omgekomen bezoekers van de vroegere synagoge Oost en om de herkomst van deze voorwerpen vast te leggen, werd in de synagoge van Ramat Gan een gedenkplaat geplaatst. De vertaling luidt: “Ter herinnering aan de bezoekers van de sjoel in Amsterdam-Oost, die vermoord zijn in de tijd van de catastrofe.”
Met de synagoge Linnaeusstraat 105 gaat het in feite over de kleine synagoge aan het Oetwalerpad.