Mijn vader was Jonas Veffer. Hij is geboren op 20 oktober 1893 en hij trouwde op 29 augustus 1918 met mijn moeder (Catharina Stuiver). Mijn vader heeft zijn hele leven gewerkt als diamantbewerker. Daarnaast was hij veel met muziek bezig, dat was echt zijn grote liefde.
In mijn herinnering was hij een hele rustige man. Dit in tegenstelling tot mijn moeder, Catharina Stuiver. Mogelijk heeft dit te maken met het feit dat zij uit een groot gezin kwam. Mijn moeder had zes broers en zusters.
Mijn vader kwam uit een klein gezin. Hij had nog twee zusters: Heintje (roepnaam: Hennie) en Sipora. Misschien dat hij daarom zo rustig was. Zijn oudste zuster, mijn tante Hennie, is op een gegeven moment uit huis gegaan. Mijn grootmoeder van vaderskant (haar naam was Catharina Appelboom) was geen makkelijke vrouw. Zij woonde in de Transvaalstraat 84 een hoog. Mijn grootvader was Abraham Veffer. Hij is overleden op 2 januari 1935.
Voor zover ik weet is mijn tante Hennie later naar België verhuisd.
(Volgens de archiefkaart van de grootvader van Lotty en de website Community Joods Monument was tante Heintje getrouwd met Willem Gobus. Ze hadden samen twee kinderen: Elisabeth en Albert (genoemd naar de koning en koningin van België. De adres- en andere gegevens ontbreken! Volgens de website van Yad Vashem woonden zij inderdaad in België. Aanvulling F.Slicht)
De andere zuster van mijn vader was tante Sipora. Zij trouwde met David Vos en zij woonde met hun dochter Maria Christina in de Christiaan de Wetstraat 32 één hoog. Mijn oom David was tijdens de oorlog lid van de Parool-groep (verzetsgroep). Op 17 september 1941 is hij in Amsterdam opgepakt en opgesloten in het Huis van Bewaring aan de Weteringschans. Hij zou de oorlog niet overleven, mijn tante en mijn nichtje wel.