Bevoorrading van de schuiten vond plaats in de Rietlanden, een spoorweg rangeerterrein ongeveer op de plaats waar nu de ingang van de Piet Hein tunnel is. Heen- en weer varen ging oorspronkelijk met de boom, dus eigenlijk op handkracht. Later werd een sleepboot ingehuurd van Fa. van der Ende. De laadprocedure was spectaculair: de schuit werd vastgelegd op een plek aangeduid met “de Tip”. Dit was ter hoogte van een installatie die een met kolen geladen treinwagon achterover kon laten kantelen, zodat de schuit in no-time met kolen was volgestort. Efficiënter kon haast niet, zeker niet in die tijd .Een andere bewerking die voorkwam was het breken van de kolen, waarbij grove kolen werden verkleind tot een soort, die geschikter was voor modernere, z.g. “convector”-haarden.
Zie ook de prijscourant uit 1966,één van de laatste jaren dat de zaak bestond. Het aardgasnet werd over Nederland uitgerold, en alle reclameslogans van Staatsmijnen ten spijt (Kolen, bron van gezellige warmte en Kolenvuur hartverwarmend) konden niet verhinderen dat steeds meer mensen op gasverwarming overschakelden.
Trouwens, op de bestelkaart staat een wervende tekst die de klanten aanspoort tijdig te bestellen, want in de winter was het al druk genoeg. De levering van huisbrandolie was bedoeld om de teruggang van kolen op te vangen, maar oliestook hield natuurlijk ook geen stand.Soms verschenen er kleine advertenties in de krant met de tekst: “U wordt het meest verwend, door kolen van Nederend”.
Nog een anekdote: Op een dag reed de volgeladen vrachtwagen uit om klanten te bedienen, maar bij de eerste klant bleek de voordeur toch wel erg ver van de wagen verwijderd te zijn. Kolen zijn zwaar, het gemak dient de mens en zo werd de auto over de stoep naar de voordeur gereden om zo makkelijk mogelijk de klus te kunnen klaren. Helaas, de wagen was zo zwaar dat de wielen een spoor in het trottoir hadden getrokken, de tegels stonden zelfs omhoog. Dit trok de aandacht van de politie, er volgde een zwaar gesprek en het opschrijfboekje kwam te voorschijn. De chauffeur zat danig in de rats, maar bleek een geboren acteur te zijn: een boete zou hem zeker zijn baan kosten en zijn ziekelijke familie mee in het verderf storten. Toen de tranen ook nog langs de wangen biggelden was de agent bereid om genade voor recht te laten gelden en het boekje werd weer opgeborgen. ”Maar wel meteen weg met die wagen hoor!” Dat kwam in orde, de situatie was gered.
De Pieter Vlamingstraat was vroeger een levendige straat met veel kleine middenstand,zoals een
smederij,timmerwerkplaats, melkboer,kruidenier en rijwielstalling.Het zou interessant zijn als er mensen zijn die hier nog iets over kunnen vertellen' Lees verder