In de loop van 1982 wordt duidelijk dat het verblijf van de microbiologen van de UvA aan het heerlijke Oosterpark ten einde loopt. Begin 1983 zullen we naar het AMC moeten. In november 1982 maakt ET, die goed kan tekenen, een affiche van een bandiet die zijn gezicht verbergt achter een doek. De tekst verzoekt uitlevering van deze schurk – namelijk de basisformule van de sterfte van jaargangen mensen (verborgen door de doek) – tegen elke prijs, dood of levend. Mede door deze poster en omdat het sinterklaastijd is, krijg ik een vreemde droom.
Ik zie een gedicht voor me waarvan de titel luidt: “EVERT TIMMER”. De twee T’s in het midden zien eruit als hamertjes en plots vallen ze weg. En er blijft over: “Ever, immer….” Ik besefte dat dit een ware typering van mijn leermeester is en ik sta op om het gedicht, dat me min of meer ingegeven werd, op te schrijven.
Toen ik het de volgende dag aanbood was hij licht gegeneerd door zoveel (ongewenste) intimiteit. Maar inmiddels was onze verstandhouding goed genoeg om hem dit gedicht naast zijn affiche te laten ophangen gedurende een paar weken. Uiteraard waardeerde hij de bewondering die uit het gedicht sprak maar de betrokkenheid van een jongere collega was hem te nabij. Helaas heeft niemand een afdruk of kopie van het gedicht kunnen vinden. Vanuit mijn geheugen kan ik deze flarden melden:
Ever. .immer
Evert Timmer
Timmert verder.
Immer, ever,
Ever, immer
Klinkt de klop
Van Evert Timmer
....................
De hartdood van de trimmer en
De val ook van de bergbeklimmer
Tussen veldspaat, gneis en glimmer
...................
...................
En de formule vinden zal
Die, al verbergt zij haar gezicht,
In het materiaal besloten ligt.
........…………
......………….
Immer, ever,
Ever, immer
Klinkt de klop
Van Evert Timmer...
-------------------------------------------------------------------------------
Voor deel 1 ga naar
https://geheugenvanoost.amsterdam/page/23845
------------------------------------------------------------------------------