In april 1923 maakt de ‘Vereeniging Parkherstellingsoorden’ bekend dat het eerste Parkherstellingsoord zal worden geopend op een terrein in het Oosterpark. De reden voor een dergelijk oord was het inzicht dat ontslagen patiënten uit ziekenhuizen, ‘organisch wel, doch functioneel nog niet hersteld’, zich maar al te vaak thuis moesten behelpen in een voor hen ongunstige omgeving. Het herstellingsoord biedt de herstellende patiënt, maar ook anderszins zwakken, een aangename omgeving. Onder deskundig toezicht en met de nodige rust kan men hier volledig herstellen.
Het eerste oord wordt geopend op een terrein dat welwillend ter beschikking werd gesteld door de raad van Bestuur van het Koloniaal Instituut.
citaat
“Het terrein geniet volop zon, en heeft een fraaie achtergrond van hoogopgaand geboomte, wat het tot een uiteraard ideale plek voor stichting van ons eerste Herstellingsoord maakt. Dit thans in aanbouw zijnde openluchtverblijf, dat in het begin van Mei zal kunnen worden geopend, zal plaats bieden aan circa 30 herstellenden, en zal, behalve de voor ligstoelen benoodigde ruimte, een keukentje en toiletinrichting bevatten.”
De aanleg van het eerste Parkherstellingsoord is mogelijk gemaakt door een ‘flinke bijdrage’ van Het Nederlandse Rode Kruis. Ook in de jaren daarna zal Het rode Kruis garant staan voor financiële steun. Dit is echter onvoldoende voor een goede exploitatie. Vandaar dat men een ‘Vereeniging’ heeft opgericht.
citaat
“De contributie van (minimum) f 1,- kan voor niemand een bezwaar vormen, en stelt alle kringen in de gelegenheid mede te werken tot het bereiken van een praktisch doel in het belang van “onze hulpbehoevende medemenschen”.
bron:
Brief van de Vereeniging Parkherstellingsoorden, april 1923. Gemeentearchief Amsterdam, Archief van de Sociale Raad en rechtsvoorgangers, inv.nr. 400-2699.