De tijd van mijn leven

Luilak vieren in de Indische Buurt

Eerste Atjehstraat, Indische Buurt

Ik ben opgegroeid in de Eerste Atjehstraat, in de jaren 60/70, een heerlijke tijd om kind te zijn.

Twee barricades van fietsen tijdens luilak, rechts Graaf Florisstraat

Twee barricades van fietsen tijdens luilak, rechts Graaf Florisstraat

Alle buren waren ooms en tantes
Je speelde de hele dag buiten op straat met je vriendjes. Hinkelen, verstoppertje, trefbal (met de halve straat) knikkeren, ach, teveel om op te noemen.
Alle buren waren ooms en tantes, en iedereen lette op elkaar. Boodschappen doen voor iemand die dat niet kon was normaal, net als de melkman die met een kar door de straat kwam. Er waren ook nog veel kleine winkeltjes in de straat. Zo waren er 2 melkwinkels, een sigarenwinkel, een soort Sperwer en een dierenwinkel. En niet te vergeten op de hoek van de Celebesstraat aan de ene kant Cambach de sportzaak en aan de andere kant de bakker. Die bakker was een hele aardige man, maar zijn vrouw was in onze kinderogen nogal pinnig. Ergens waren we bang voor haar, en juist zij was betrokken bij mijn eerste luilakviering.

Luilakfeest
Al lang bedelde ik elk jaar om samen met mijn vriendjes mee te mogen doen met het luilakfeest. Ik hoorde altijd zulke leuke verhalen, en dan de luilakbolletjes, ik had er dromen over. Toen ik een jaar of 6/7 was mocht ik dan eindelijk van mijn moeder meedoen, en dan vanaf 4 uur! Het was zo spannend. Natuurlijk sliep ik die nacht niet. Ik lag te denken aan al de plannen die we hadden gemaakt.
We zouden alle oude fietsen verzamelen en die midden over de weg leggen, zodat er geen auto meer door kon. We hadden een liedje gemaakt op de tekst van ‘Het zal je kind maar wezen’. Heel origineel werd dat ‘Het zal je fiets maar wezen’, maar we zongen het met veel enthousiasme. We zouden ook alle deurknoppen aan elkaar binden en natuurlijk belletje trekken en luilak roepen.

Onderbroekenelastiek
Om vier uur stond ik in de startblokken en rende op het: ”Ga dan maar“, van mijn moeder naar buiten. De fietsen lagen al klaar. Iedereen zat er omheen en zong. Omdat er op dat uur nog geen auto voorbij kwam, besloten we dan maar om de deuren te gaan binden. Touw hadden we niet, wel onderbroekenelastiek uit moeders naaimand gepikt.
Al snel waren alle deuren voorzien van een flink stuk elastiek en zou de deur open maken niet zo makkelijk meer gaan.
Op de hoek haalden we om 6 uur heerlijke warme luilakbollen en op de hoop met fietsen werden die opgegeten.

De bakkersvrouw liep rood aan
En net toen we daarmee klaar waren kwam er een auto de straat in. Het was de bakkersvrouw die brood kwam brengen of halen (dat weet ik niet echt meer) en ja ze kon er dus niet door.Ze liep rood aan, deed het raampje open en gilde dat we die troep weg moesten halen, ze moest erdoor. Natuurlijk deden we dat niet, we zongen lekker door en deden alsof ze er niet was. Na een paar minuten begon ze te toeteren en toen dat niet werkte, stapte ze maar uit en begon aan de fietsen te sjorren. Al snel had ze een stuk vrij waar ze dacht langs te kunnen rijden.

Maar terwijl zij weer in haar auto stapte, legden een paar grotere jongens alles weer op zijn plek. Ohhh wat ging ze tekeer. En toen middenin al dat lawaai, ging er op nummer 28 een raam open. We zagen een wit been naar buiten komen en toen nog een en daarna een kanten nachtpon. Het was de oudere dame die er woonde. Wij kinderen vonden haar eng, we noemden haar de heks. Ze zag er niet uit. Lange onderbroek met kantjes, een nachtpon vol kantjes en tierelantijntjes en een muts op haar hoofd vol krulspelden. Daaroverheen droeg ze haar jas die half was dichtgeknoopt. Ze had een groot vleesmes in haar handen en de kinderen stoven weg. Tegen de bakkersvrouw zei ze dat ze de politie had gebeld voor dat tuig en toen ging ze de elastieken van haar deur doorsnijden en die van de naaste buren. In plaats van door de deur naar binnen te gaan kroop ze weer door het raam. Natuurlijk onder luid gejoel van ons.

Politie erbij
Even later kwam de politie aanrijden. Ze kwamen van de Celebesstraat af en stonden dus aan de andere kant van de fietsenstapel. De bakkersvrouw stond luid te krijsen en een van de agenten zei: “Mevrouw, als u nou gewoon even omrijdt via de Tweede Atjehstraat?”
De bakkersvrouw die nog flink aan het krijsen was, klapte verbaasd haar mond dicht. Even stond ze nog met ongeloof naar de agenten te kijken, toen stapte ze in en reed achteruit de straat uit, om even later op de hoek te verschijnen.
En wie stond daar breed lachend? Juist de bakker. Hij had alles gezien en stond zich rot te lachen. Resultaat: weer ruzie, maar nu tussen man en vrouw en wij kregen een grote zak luilakbollen gratis van de bakker, want hij vond het super.

Nat pak
De rest van de ochtend hebben we mensen wakker gebeld en lekker luilak geroepen.
Een aantal van ons haalden daar een nat pak bij, want sommige mensen stonden al op de loer en hadden emmers koud water staan die je over je heen kreeg als je aanbelde.
Niemand die daar boos om werd, het gaf alleen maar meer vreugde.
En nu nog steeds leuke herinneringen.

Fina Buijen geeft het estafettestokje door aan Saskia Swart

-----------------------------------------

Terug naar de "index" van "Het estafettestokje"

Alle rechten voorbehouden

2669 keer bekeken

Bekijk meer afbeeldingen

Tijdens luilak vieren was behalve deurknoppen vastbinden ook fietsen opgestapelen in een portiek, een geliefde bezigheid

Tijdens luilak vieren was behalve deurknoppen vastbinden ook fietsen opgestapelen in een portiek, een geliefde bezigheid

1e Atjehstraat (links op de hoek zat Bakker Blank) - 1974 .<br />Foto: Beeldbank Amsterdam

1e Atjehstraat (links op de hoek zat Bakker Blank) - 1974 .
Foto: Beeldbank Amsterdam

Alle rechten voorbehouden

6 reacties

Voeg je reactie toe
Jan vogel

De bakker van van dam

er naast zat een drogist die hete Blank

Erik

De lul

Hij was de lul.
Nu was hij er inmiddels wel aan gewend, want hij was immers altijd de lul, dus nu ook weer.
Het was weliswaar de schooltijd van z'n leven, maar uiteraard besefte hij dat toen nog niet, want hij was toch die lul?
Altijd maar opdraaien voor de ongein van anderen en dan nét op het moment dat de meester zich omdraaide zat iedereen keurig recht en was hij weel de lul.
Hij kon er inmiddels wel een boek over schrijven maar ja, of Bouwmeester dat in de schappen van haar boekwinkeltje aan zou prijzen?
Vertrouwd was het wel, daar in die hoek. Keurig netjes met de handen achter de rug gevouwen en de neus haast tegen het vaalgele mastiek dat hem inmiddels wel heel vertrouwd voorkwam; die lul in zijn driekwart korte broek en z'n geruite hemd met korte mouwen.
Pijn had hij ook, maar zelfs daaraan was hij intussen gewend, getuige de littekens op allebei z'n handen waar menig liniaal en rietje hun gram op hadden gehaald.
Terwijl achter hem de les voortdreunde visualiseerde hij hoe het anders kon... ja, anders zou zijn; ooit, in een verre toekomst.
Voor zijn geestesoog en tussen het ruwe patroon van matig metselwerk voltrok zich een transformatie en voelde hij zich langzaam opgezogen worden in een toekomstbeeld, dat hem niet alleen bescherming bood, maar tevens een gevoel in hem wakker maakte dat hij tot dusver niet had gekend.
Macht.
Als bij toverslag verwerd de jarenlange frustratie tot agressie en plots waren zijn geschonden handen gevuld met een knipmes en boksbeugel in het linker, en een heuse Beretta in het rechterknuistje.
"Jullie kunnen nu mooi allemaal de kolere krijgen, want nou maak ik jullie kapot!", brieste hij, terwijl hij zich razendsnel omdraaide om het vuur te openen op al die vermeende vrienden die hem overal voor op lieten draaien en die sadist van een meester eerst een mes tussen z'n ribben te planten en vervolgens die gehate tronie met de boksbeugel te bewerken.
Twee lange stappen kwam hij er mee door, terwijl alle kinderen in pure paniek achteruit deinsden, en toen was er die afgrijselijke draai om z'n oren die ze deden suizen, zodat hij het "Terug in je hoek, jij" nauwelijks kon horen, want hij was immers de lul.

r

Re: Stokje

r:
De schooltijd de tijd van mijn leven?,achter in de klas volg ik een grote strontvlieg rondbrommendfraai van kleur dat wel.Tot de meester het woord tot mij richt en vraagt........,weet ik niet meester wat was de vraag?

Kan ik het stokje doorgeven aan Erik?

r

Stokje

De schooltijd de tijd van mijn leven?,achter in de klas volg ik een grote strontvlieg rondbrommend
fraai van kleur dat wel.Tot de meester het woord tot mij richt en vraagt........,weet ik niet meester wat was de vraag?

Fina

stokje

Ik geef het stokje door aan "buuv" een mevrouw die haar hele leven al in de indische buurt woont. Ze is nu bijna 86 dus kent vele verhalen. Ze komt binnenkort bij mij en dan snel kont haar verhaal er wel.
Ze wil alleen niet met naam enzo op internet, vandaar de term Buuv' zoals ik haar al jaren noem.

Erik

wereldverhaal.

Dank voor uw wereldverhaal, heb er met de lucht van luilakbolletjes in de neus van genoten!
(maar eh.... wie krijgt dat stokkie nu?)