Wij woonden boven café de Meerhoek. Onze huisdeur was naast de zijingang van de Meerhoek in de Zacharias Jansestraat. Deze ingang van het café was een grote deur en daarachter gebeurde volgens mij altijd iets spannends. Muziek, luidruchtige mensen, in- en uitladen van veel flessen drank. Wij, als kinderen, mochten daar niet in de buurt komen. Vandaar mijn nieuwsgierigheid waarschijnlijk.
Vanachter deze deur kwam altijd muziek. Dit was een ergernis voor mijn ouders want 's avonds was het hierdoor bij ons thuis altijd lawaaierig. Maar toen gebeurde het, mijn opa en oma gaven in het café een feestje vanwege hun gouden bruiloft. Alle kleinkinderen werden in nieuwe zelfgemaakte feestkleding gehuld en het feest kon beginnen! Tja en toen kwam het moment, ik mocht door die imposante deur, aan de hand van mijn vader naar binnen en wat ik toen zag was een enorm gordijn van donkerrood fluweel. Heel zacht maar groot en zwaar. Mijn vader opende voor mij dit grote gordijn en zoals een acteur het toneel opgaat, ging ik naar binnen en een wereld ging voor mij open.
Ik keek mijn ogen uit, allemaal vrolijke mensen en dan die mooie piano met die leuke pianist die alleen maar gezellige muziek speelde. De kleinkinderen kregen allemaal een tamboerijn, de hele avond heb ik vol trots dit muziekinstrumentje vastgehouden en op mijn manier de pianist begeleid. Ik heb genoten van de feestvierende mensen, zelf heb ik volgens mij de hele avond gedanst en gezongen! Een oom, iedereen noemde je toen oom of tante, ome Dolf Kamoschinski van de kapperszaak op de Hogeweg heeft voor ons allerlei goocheltrucs gespeeld, het was een ware happening. De geur van rook en drank komen gelijk naar boven wanneer ik deze herinnering ophaal. Mijn opa en oma hadden geen mooier feest kunnen geven. Eindelijk mocht ik daar bij café De Meerhoek naar binnen, kijken en zelfs meedoen!