Toen ik een jaar of 18 was begon ik wel enige interesse te tonen voor het vrouwelijke geslacht. In de jaren dertig was het echter niet zo ‘vrij’ als tegenwoordig. Maar ik was een nieuwsgierige jongeman die graag wilde weten waar Abraham de mosterd haalde. Ik werd toen min of meer lid van een vereniging die ‘Sexpol’ heette. Deze vereniging die bracht seksualiteit en politiek met elkaar in verband.
Sexpol was een beweging die door onder andere een heer Nabrink is opgericht. Volgens hem was de seksuele revolutie een onderdeel van de algemene maatschappelijke revolutie. Je zou het een voorloper van de Neo Malthusiaanse Bond en de NVSH, kunnen noemen (aanvulling FS). Echt veel heeft het voor mij niet betekend, het was mij toch een te wat vage club. Maar ik was natuurlijk wel op een leeftijd waar je langzamerhand van jongetje man denkt te kunnen worden. De gelegenheid heb ik toen niet gekregen. Ik ben wel ‘man’ geworden maar die ontwikkeling werd bijzonder lang uitgesteld kan ik wel zeggen. Kort nadien brak de oorlog uit, met alle ellende van dien.
Ik had wel eens een vriendinnetje, maar dat was meer flauwekul. Misschien ook omdat ik een groot minderwaardigheidscomplex had. Ik had namelijk een nogal grote neus, daar werd ik mee gepest, uitgescholden voor: Jodenneus of smous. Daar kreeg ik echt een opsodemieter van. Er waren wel meisjes bij mij in de buurt die mij wel leuk vonden. Maar dat begreep ik helemaal niet. Zij zochten wel contact, maar daar had ik helemaal geen behoefte aan. Ik voelde me toen kunstenaar en was een beetje excentriek.