Diana is vrijwilligster in de Muiderkerk. Met drie andere vrolijke dames kookt zij elke tweede woensdag van de maand voor ongeveer zestig mensen. In de winter dromen zij naast hun dampende, enorme pannen met stamppot over een té warme zomer. Hun lach galmt door de kerk. Ze genieten als de binnenkomende gasten verzuchten: ‘Oh, wat ruikt het hier heerlijk.’ Ze helpt in de Muiderkerk soms met collecteren, met koffie schenken en ze verzorgde vroeger de lay-out van de Muiderkrant, het kerkblad.
In het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, het OLVG, helpt ze om de twee weken bij de Dienst Geestelijke Verzorging en begeleidt, met een team van vrijwilligers, patiënten naar de kapel. Na afloop van de dienst schenkt ze koffie en luistert naar leuke maar ook treurige verhalen. En ze werkte vroeger bij Buurtonline —Pretoriusstraat 50- de Dynamo-computer-open inloop. In het Asiel gaf ze eenzame beestjes de nodige aandacht . En bij de telefooncirkel van de Burenhulp gaf Diana telefonische hulp aan ouderen.
Diana vertelt verder over het koken in de Muiderkerk:”Het koken met ons hechte team is bijzonder leuk en tegelijk praktisch: mensen moeten eten en ik kook graag. Wat het OLVG betreft: patiënten willen naar de kerkdienst, ik zorg dat ze er komen en dat ze een fijne ochtend hebben.
Dit soort werkzaamheden komt gewoon op je pad. In de Gooyer, het verzorgingshuis aan de Dappermarkt heb ik ruim 15 jaar gewerkt als vrijwilligster, gewoon omdat ik van oude mensen hou. Ze hebben al vaak zoveel ellende meegemaakt en kunnen dat heel goed verwoorden; ze vertellen me hun verhalen met een traan en een glimlach.
Er zijn veel mooie kanten aan het werk. In de Gooyer was eens een van mijn ‘oudjes’ van 86 diepbedroefd omdat ze haar moeder zo miste en vooral haar lekkere soepjes. ’s Avonds ben ik haar ouderwetse tomatensoep gaan brengen. Ze heeft zitten smikkelen. Dit verhaal heb ik naar ‘Allerhande’ (AH) gestuurd. Win ik daarmee de boodschappenmand precies op het moment dat ik zelf een opkikkertje kon gebruiken! Ik denk dan: ‘Daar heeft Onze Lieve Heer toch een beetje de hand in gehad.”
