In onze tuin stond een klein schuurtje met een plat dak dat uitnodigde om erop te klimmen. In het schuurtje stonden de fietsen van onze ouders. Later werden deze vervangen door Solexen. Er stond ook een heuse draaibank, aan mijn vader geschonken door Oom Gerrit die in 1923 naar Amerika was geëmigreerd en elk jaar naar Nederland kwam om zijn hele familie van cadeautjes te voorzien. Mijn vader bracht vele uren met zijn draaibank door. Een magisch instrument. Hij bouwde er stoommachines mee. Herinnering aan de tijd dat hij de wereldzeeën bevoer als derde machinist op de koopvaardijschepen van De Blauwe Pijp. Af en toe mocht ik blijven kijken.
Elke ochtend om zes uur knerste het grind in de tuin, werd de fiets uit het schuurtje gehaald en sloeg het tuinhekje dicht. Dan fietste mijn vader via de Middenweg naar het Centraal Station en vandaar met de pont naar het Shell terrein. Om zes uur 's avonds kwam hij weer terug. Drieënveertig jaar lang. Iedere dag.
Het fietsenschuurtje
In het schuurtje stond ik naast de fietsen te kijken hoe mijn vader op de draaibank stoommachines maakte.
1833 keer bekeken